2. Algemene informatie
De Grundfos MAGNA3 bestaat uit een complete serie circulatie-
pompen met geïntegreerde regelaar waarmee de pompcapaciteit
aan de actuele systeemeisen kan worden aangepast. In veel
systemen zal dit een aanzienlijke daling van het energieverbruik
tot gevolg hebben, zullen de thermostatische radiatorkranen en
andere onderdelen minder geluid produceren, en zal het systeem
beter geregeld kunnen worden.
De gewenste opvoerhoogte kan op het bedieningspaneel van de
pomp worden ingesteld.
2.1 Toepassingen
De Grundfos MAGNA3 is bedoeld voor het rondpompen van
vloeistoffen in de volgende systemen:
•
verwarmingsystemen
•
huishoudelijke warmwatersystemen
•
airconditioning- en koelsystemen.
De pomp kan ook worden gebruikt in de volgende systemen:
•
geothermische warmtepompsystemen
•
systemen op zonnewarmte.
2.2 Te verpompen vloeistoffen
De pomp is geschikt voor dunne, schone, niet-agressieve en
niet-explosieve vloeistoffen, die geen vaste delen of vezels
bevatten die de pomp mechanisch of chemisch kunnen aantas-
ten.
Bij verwarmingsystemen dient het water te voldoen aan de eisen
van geaccepteerde normen m.b.t. waterkwaliteit in verwarming-
systemen, bijv. de Duitse norm VDI 2035.
In huishoudelijke warmwatersystemen adviseren we om alleen
MAGNA3 pompen te gebruiken als de hardheid van het water
lager is dan ongeveer 14 °dH.
In huishoudelijke warmwatersystemen adviseren we om de vloei-
stoftemperatuur lager dan +65 °C te houden om kalkaanslag te
voorkomen.
Waarschuwing
Gebruik de pomp niet voor brandbare vloeistof-
fen zoals dieselolie of benzine.
Waarschuwing
Gebruik de pomp niet voor agressieve vloeistof-
fen zoals zuren of zeewater.
Afb. 1 Te verpompen vloeistoffen
460
2.2.1 Glycol
De pomp kan worden gebruikt voor het verpompen van
water/ethyleenglycol-mengsels van maximaal 50 %.
Maximale viscositeit: 50 cSt ~ 50 % water/50 % ethyleenglycol
mengsel bij -10 °C.
De pomp wordt geregeld door een vermogensbegrenzer die
tegen overbelasting beschermt.
Het verpompen van glycol-mengsels is van invloed op de max.
curve en vermindert de capaciteit, afhankelijk van het
water/ethyleenglycol-mengsel en de vloeistoftemperatuur.
Om te voorkomen dat het ethyleenglycol-mengsel wordt afgebro-
ken moeten temperaturen hoger dan de nominale vloeistoftempe-
ratuur worden vermeden, en moet de bedrijfstijd bij hoge tempe-
raturen worden geminimaliseerd.
Het is belangrijk om het systeem te reinigen en te spoelen voor-
dat het ethyleenglycol-mengsel wordt toegevoegd.
Ter voorkoming van corrosie of kalkneerslag dient het ethyleen-
glycol-mengsel regelmatig te worden gecontroleerd en onderhou-
den. Volg de instructies van de glycolleverancier op als verdere
verdunning van de toegevoerde ethyleenglycol nodig is.
Toevoegingen met een hogere dichtheid en/of
N.B.
kinematische viscositeit dan van water zullen de
hydraulische capaciteit verlagen.