6 Toets SEARCH/SKIP
a om de draaiknop in verschillende functies te
schakelen – zie draaiknop, positie 5
b om voor MP3-/WMA-tracks te bepalen, welke
tekstinformatie ("ID3-tag") in de tekstregel (k)
wordt weergegeven:
Houd de toets SEARCH/SKIP ca. 3 seconden
ingedrukt, selecteer met de toets
de tekstinformatie en bevestig de selectie
door de toets SEARCH/SKIP aan te tippen
(zie hoofdstuk 5.2.3).
7 Toetsen om een track te selecteren
Toets +10 om 10 tracks vooruit te gaan
Toets
om de volgende track te selecteren
Toets
om naar het begin van de geselec-
teerde track te springen. Door verschillende
keren op de toets
te drukken, wordt tel-
kens een track teruggesprongen.
8 Toets PROG. om een eigen reeks tracks te pro-
grammeren (zie hoofdstuk 6) en om maximaal
10 Cue-punten en een geprogrammeerde reeks
tracks voor een audio-cd op te slaan/te laden
(zie hoofdstuk 7)
9 Toets CUE 1 om terug te keren naar een be-
paalde plaats in een track – zie hoofdstuk 5.9
10 Toets CONT./SINGLE–OUTRO
a om tussen de bedieningsmethoden Afspelen
van een individuele track en Afspelen van de
volledige cd te schakelen, drukt u even op de
toets
Afspelen van een individuele track (basisin-
stelling):
na elke track schakelt het afspeelmechanis-
me in pauze, melding "Single" [(e) in figuur 2]
Afspelen van de volledige cd
doorlopende weergave van alle tracks van
de cd, melding "Continue" [(e) in figuur 1]
b om de functie OUTRO in te schakelen (hierbij
worden telkens de laatste 30 seconden van
de volgende track afgespeeld – niet mogelijk
voor tracks in MP3-/WMA-formaat) houdt u
de toets ca. 3 seconden ingedrukt, tot de bar-
6 Botón SEARCH/SKIP
a Para cambiar la rueda a las diferentes funcio-
nes – vea la rueda, campo 5
b Para seleccionar en títulos MP3/WMA en los
que la información de texto ("ID3 Tag") se in-
serta en la línea de texto (k):
Mantenga pulsado el botón SEARCH/SKIP
durante aprox. 3 segundos, seleccione la
información de texto con el botón
y confirme la selección pulsando brevemente
el botón SEARCH/SKIP (vea capítulo 5.2.3).
7 Botones para la selección de títulos.
Botón +10 para avanzar 10 títulos.
Botón
para seleccionar el título siguiente.
Botón
para volver al inicio de la canción en
curso. Pulsando el botón
unidad siempre retrocede un título.
8 Botón PROG. para programar una secuencia de
títulos individual (vea capítulo 6) y para memo-
rizar/cargar de más de 10 puntos predefinidos
(Cue) y una secuencia de títulos programada
para un CD audio (vea capítulo 7)
9 Botón CUE 1 para volver a un punto previa-
mente definido – vea capítulo 5.9
10 Botón CONT./SINGLE–OUTRO
a Para cambiar de modos de operación single
title replay y total title replay, pulse breve-
mente el botón.
Single title replay (ajuste básico):
Después de cada título reproducido el lec-
tor se pone a pausa, en pantalla "Single"
[(e) en fig. 2]
Total title replay
Reproducción continua de todos los títulos
del CD, en pantalla "Continue" [(e) en fig. 1]
b Para activar la función OUTRO (reproducción
de los últimos 30 segundos de cada uno de
los siguientes títulos – no es posible para los
títulos de formato MP3/WMA), mantenga el
botón pulsado durante aprox. 3 segundos
hasta que la barra gráfica del display cambia
– vea capítulo 1.1.2, barra gráfica, campo f.
grafiek-weergave verandert – zie hoofdstuk
1.1.2, Bargrafiek, positie f.
Om de functie OUTRO uit te schakelen, houdt
u de toets opnieuw ca. 3 seconden ingedrukt.
11 Toets TIME/STOP
a voor het omschakelen van de tijdsaanduidin-
gen [(g) en (f)]: telkens u de toets aanraakt,
of
(7)
wordt naar andere tijdsinformatie geschakeld,
en wordt de uitvoering van de bargrafiek gewij-
zigd – zie hoofdstuk 1.1.2, Bargrafiek, positie f.
Basisinstelling:
resterende speeltijd van de geselecteerde
track
eerste keer drukken op de toets:
reeds verstreken speeltijd van de geselec-
teerde track
volgende keer drukken op de toets:
resterende speeltijd van de volledige cd (niet
mogelijk bij tracks in MP3- of WMA-formaat)
volgende keer drukken op de toets:
terugschakelen naar de basisinstelling
b om het afspeelmechanisme te stoppen: houd
de toets ca. 3 seconden ingedrukt
12 Toets SELECT/ON–OFF voor het selecteren
van het instelbereik (max. ±8 % of max. ±16 %
afwijking van de standaardsnelheid) voor de re-
gelaar PITCH CONTROL (14), en voor het acti-
veren/deactiveren van de regelaarinstelling
a Om tussen de beide instelbereiken te wisse-
len, drukt u kort op de toets; het geselecteerde
bereik wordt aangeduid door het oplichten van
de overeenkomstige LED (13).
b Om de instelling van de regelaar PITCH CON-
TROL te deactiveren, houdt u de toets langer
ingedrukt – de overeenkomstige LED (13)
knippert. Om de regelaarinstelling opnieuw te
activeren, drukt u even op de toets – de over-
eenkomstige LED licht opnieuw constant op.
13 LED's voor het aanduiden van het snelheidsbe-
reik dat met de toets SELECT/ON–OFF (12) is
geselecteerd:
constant oplichten = de regelaar is geactiveerd
Para desactivar OUTRO, mantenga otra vez
el botón pulsado por aprox. 3 segundos.
11 Botón TIME/STOP
a Para cambiar los display de tiempo [(g) y (f)]:
con cada pulsación breve del botón, la unidad
carga otra información de tiempo y el tipo de
barra gráfica del display cambia– vea capítulo
1.1.2, barra gráfica, campo f.
o
(7),
Ajuste básico:
Tiempo restante de la canción en curso.
Primera pulsación del botón:
Tiempo ya reproducido de la canción en
curso.
Siguiente pulsación:
Tiempo restante de todo el CD (no es posi-
varias veces, la
ble para títulos en formato MP3 o WMA).
Siguiente pulsación del botón:
Retorno al ajuste básico.
b Para parar el mecanismo de reproducción:
mantenga el botón pulsado por aprox. 3 se-
gundos.
12 Botón SELECT/ON–OFF para seleccionar el ran-
go (max. ±8 % or max. ±16 % desviación de la ve-
locidad estándar) para el PITCH CONTROL (14) y
para desconectar/activar el ajuste de control.
a Para cambiar entre los dos rangos de ajuste,
pulsación breve del botón; la selección del
rango aparece iluminando el LED correspon-
diente (13).
b Para desactivar el ajuste del PITCH CON-
TROL, pulse el botón durante unos instantes
– el LED respectivo (13) parpadea. Para
activar otra vez el ajuste de control, pulse bre-
vemente el botón – el LED respectivo se ilu-
mina constantemente otra vez.
13 LED para el display de rango de ajuste de velo-
cidad seleccionado con el botón SELECT/ON–
OFF (12):
Iluminación constante = el control está activado.
Parpadeo = el PITCH CONTROL (14) se desac-
tiva pulsando unos instantes el botón SE-
LECT/ON–OFF (12).
Knipperen = de regelaar PITCH CONTROL (14)
werd door ingedrukt houden van de toets
SELECT/ON–OFF (12) uitgeschakeld.
14 Schuifregelaar PITCH CONTROL om de snel-
heid en de toonhoogte te veranderen
15 Toets BOP om terug te keren en onmiddellijk de
weergave te starten vanaf het begin van de ge-
selecteerde track of vanaf een met de toets CUE
(16) vastgelegd beginpunt – zie hoofdstuk 5.9.1
16 Toets CUE om een track voor te beluisteren en
om terug te keren naar een bepaalde plaats – zie
hoofdstuk 5.4 resp. 5.9
17 Toets PLAY/PAUSE
om tussen afspelen en
pauze om te schakelen
18 Toetsen om een naadloze loop op te slaan en af
te spelen – zie hoofdstuk 5.10
Toets A om het beginpunt van een naadloze loop
vast te leggen
Toets B/LOOP–EXIT om het eindpunt van een
naadloze loop vast te leggen en de loop tege-
lijk te starten; druk nogmaals op de toets om
deze modus te verlaten
Toets RELOOP om een naadloze loop opnieuw
af te spelen
19 Toetsen PITCH BEND voor het aanpassen van
het ritme van een track in afspeelmechanisme 1
aan dat van een track in afspeelmechanisme 2:
zolang een van de toetsen ingedrukt is, wordt de
track 16 % trager resp. sneller afgespeeld dan de
standaardsnelheid.
20 Toets BPM/TAP voor de manuele beatteller
Om voor een track het aantal beats per minuut te
bepalen, tipt u de toets enkele keren aan op het
ritme van de muziek: op het display onder een
muzieknootsymbool verschijnt het aantal beats
per minuut (j). Om de beatteller uit te schakelen,
houdt u de toets ca. 3 seconden ingedrukt.
1.1.2 Displayweergaven (figuren 1 en 2)
a Symbool
voor pauze of
b Aanduiding van het afspeelmedium:
"CD" bij een audio-cd
14 Utilizar el PITCH CONTROL para cambiar la
velocidad y la altura tonal.
15 Botón BOP para el retorno y el arranque inme-
diato de la reproducción desde el principio de la
canción en curso o desde el punto de arranque
previamente seleccionado con el botón CUE
(16) – vea capítulo 5.9.1.
16 Botón CUE para una reproducción breve del ini-
cio de una canción y para el retorno a un punto
previamente definido – vea capítulo 5.4 o 5.9.
17 Botón PLAY/PAUSE
para cambiar de repro-
ducción a pausa.
18 Botones para memorizar y reproducir un loop
continuo – vea capítulo 5.10.
Botón A para definir el punto de arranque del loop.
Botón B/LOOP–EXIT para definir un punto final
del loop y un arranque simultáneo del loop;
para salir del loop, pulse otra vez el botón.
Botón RELOOP para reproducir el loop otra vez.
19 Botones PITCH BEND para sincronizar los beats
de un título en el lector 1 a un título del lector 2:
En el momento que uno de los botones se man-
tiene pulsado, el título va un 16 % más lento o
rápido que la velocidad estándar.
20 Botón BPM/TAP para el contador manual de
beats.
Para determinar el número de beats por minuto
de un título; pulse brevemente el botón varias
veces al ritmo de la música: Los beats por
minuto (j) se visualizan bajo un símbolo de nota.
Para apagar el contador de beats, mantenga el
botón pulsado durante aprox. 3 segundos.
1.1.2 Display (figs. 1 y 2)
a Símbolo
para pausa o
para reproducción.
b Inserción para el medio de reproducción:
"CD" para un CD audio.
"MP3" para un CD con los títulos formato MP3.
"WMA" para un CD con los títulos en formato
WMA.
c Número total de títulos en el CD.
d Número de la canción en curso.
NL
B
voor afspelen
E
29