Bediening van de CD-speler
Probleem
De CD-speler werkt niet.
De disc-lade sluit niet.
De weergave begint niet.
De "no d!SC " aanduiding verschijnt.
Bij afspelen wordt niet begonnen met het
eerste muziekstuk.
De " 92" aanduiding verschijnt.
Oorzaak (en oplossing)
Er is ingesteld op een andere funktie dan "CD". Druk op de CD funktietoets.
De disc is verkeerd geplaatst.
A-13. (Zie biz. 63.)
De disc ligt met de bedrukte of labelkant naar beneden in de disc-lade.
De CD-speler staat in de pauzestand.
Er is vocht in de speler gekondenseerd. (Zie biz. 13.)
Er is geen disc in de CD-speler gepiaatst.
De programma-(PGM) of aselekte afspeelfunktie (SHUFFLE) is ingeschakeld. Druk op de
CONTINUE toets.
De PP toets werd ingedrukt gehouden terwijl het einde van de disc was bereikt. Druk op de
<< of IJ toets om de normale aanduidingen weer terug te krijgen.
Probleem
Geen geluid.
Geen geluid van 66n kanaal of een
ongebalanceerd links en rechts volume.
Geluid van links en rechts is verwisseld.
Te weinig lage tonen of schijnbare
verkeerde plaatsing van de
muziekinstrumenten.
Sterke brom of storing.
De toetsen werken niet.
Oorzaak (en oplossing)
Draai de volumeregelaar (VOLUME) naar rechts.
De hoofdtelefoon is aangesloten. Verbreek de aansluiting.
Kontroleer de aansluitingen op de luidspreker die niet werkt.
Kontroleer of de aansluitingen op de luidsprekers en de plaats van de luidsprekers.
Kontroleer of de luidsprekers in fase zijn aangesloten.
De TV of videorecorder staat te dicht in de buurt van de stereo-installatie. Plaats de
apparaten wat verder uit elkaar.
Dit kan veroorzaakt zijn door een stroomstoring. Druk op de systeem-hersteltoets aan de
achterkant van de stereo-installatie.
77