1e regel op het scherm: Parameter
service-mode
niv. schakeling
(=type sensor voor
niveauregeling)
Interne omvormer
(=interne druksensor)
20 mA => niveau
Meld contact 1-4
(=signaalcontact 1-4)
Taal
dd.mm.jjjj
uu:mm
Toetsenblokk
WLAN reset
6.2.2 Informatie ophalen
De onderstaande tabel toont de betekenis van de weergegeven informatie:
1e regel op het scherm: Type
informatie
Storingsfout
(=Foutenlogboek)
draaitijd
(=bedrijfstijd)
total pomp uren
(=totale pomptijd)
pomp start
(=aantal pompstarts)
volg. onderhoud
(=volgend onderhoud)
6.2.3 Waarschuwingen en alarmmeldingen
Wanneer een alarm optreedt, wordt een bericht met de aard van het alarm op het scherm weergegeven.
De bijbehorende gegevens worden in het alarmlogboek geregistreerd, met de in de kolom "Logboekvermelding" aangegeven titel.
2e regel op het scherm
Storing Last
De bedieningskast heeft een stroomverbruik van minder dan 0,5 A gedetecteerd:
de pomp is niet aangesloten of er ontbreekt een fase.
OPMERKING: Deze fout kan worden onderdrukt door in het menu "Max. stroom"
de bewakingswaarde voor de motorstroom op 0,0 A in te stellen.
Storing P1
Het motorverbruik heeft de waarde bereikt die is ingesteld in het menu "Max.
stroom": de bedieningskast heeft daarom de pomp laten stoppen.
Storing OS
De sensor signaleert een hoog waterniveau alarm en schakelt de pomp in. Het
HW-alarm wordt automatisch bevestigd wanneer het ON-niveau weer wordt
(=HW)
bereikt.
Storing I<3mA
De externe sensor is geselecteerd, maar de stroom blijft <3mA. Er kan een
onderbreking in de kabel zijn of de sensor kan defect zijn. De fout wordt
automatisch opgeheven wanneer de sensorstroom binnen het normale bereik
ligt.
Storing SW
De vlotterschakelaars (SW) schakelen in de verkeerde volgorde in.
Pomp
Activering van de thermische controle van de pompmotor.
Storing TH1
TH1 wordt automatisch bevestigd nadat de motor is afgekoeld; TH2 moet
handmatig worden bevestigd.
Storing TH2
Storing draaiveld
Faseomkering in de huisaansluiting van een driefasenpomp.
Om het probleem te verhelpen moeten twee fasen worden verwisseld.
2e regel op het scherm: Parameterwaarde
Hulp bij het kiezen
is uitgeschakeld
is geactiveerd
interne omvorner (interne druksensor)
4-20 mA interface
vlotterschakel. (vlotterschakelaar)
komen overeen
(Kalibratie)
1 - 1250 cm
Mogelijke meldingen:
- fout hoogwater (=fout
hoogwaterniveau)
- Verzamelstoring (=storingsmelding)
- Pomp 1 inbedrijf
- fout pomp 1
- systeem OK (=instalatie OK)
Nederlands, Engels...
Waarde afhankelijk van instelling
activeren
deactiveren
2e regel op het scherm: Waarde
(Waarde-informatie)
DD.MM JJJJ Storing
in uren : XX
P1 XXXX
(in uren)
P1 XXXX
(in aantal)
in dagen : XXX
Betekenis
Als de servicemodus is geactiveerd, kunnen de parameters
worden gewijzigd.
Als de servicemodus gedeactiveerd is, zijn er geen
parameterinstellingen mogelijk.
Niveaudetectie via interne druksensor.
Niveaudetectie via externe sensor.
Niveaudetectie via vlotterschakelaars.
Maakt kalibratie van het nulpunt van de interne druksensor
mogelijk. Deze afstelling moet door een servicetechnicus
worden uitgevoerd.
1. Zorg ervoor dat de dompelbuis niet is ondergedompeld,
d.w.z. dat deze op atmosferische druk staat.
2. Als u een compressor gebruikt, zorg er dan voor dat de
compressor is uitgeschakeld.
3. Druk op de toetsenreeks
het nulpunt te kalibreren.
Eindwaarde van de sensor bij 20 mA.
Type melding geassocieerd met contacten 1-4.
Het is mogelijk aan elk contact een andere melding te
koppelen.
De melding "Verzamelstroring" kan met tussenpozen
worden afgegeven (zie menu "interval alarm").
Voorbeeld: Voor aansluiting op een alarmsysteem dat
door alle soorten storingen wordt geactiveerd, gebruikt u
meldcontact 3 en kiest u "verzamelstoring".
Instellen van de menutaal
Datum en tijd instellen
Schakelt de automatische toetsvergrendeling in/uit. Zie 6.1.1
Toetsen > De automatische vergrendeling beheren.
zonder functie
Om door het logboek te bladeren, drukt u op
wisselt u tussen de alarmen met
worden in chronologische volgorde opgeslagen.
De gegevens kunnen niet worden gewijzigd.
Geeft de gecumuleerde bedrijfstijd van de behuizing aan in uren.
De waarde kan met de
Geeft de gecumuleerde looptijd van de pomp in uren aan.
De waarde kan met de
Geeft het aantal pompstarts aan.
De waarde kan met de
Geeft het aantal dagen aan tot het volgende onderhoud. De
informatie wordt elke 4 uur opgeslagen. De beginwaarde kan
worden ingesteld tussen 365 en 0 dagen.
63
Betekenis
Betekenis
. De laatste 32 alarmen
toetsen op 0 worden gezet.
toetsen op 0 worden gezet.
toetsen op 0 worden gezet.
Alarm
Logboekvermelding
Ja
Last
Ja
IP1
Ja
HW
Ja
I<3mA
Ja
SW
Ja
Pomp 1
TH1
TH2
Ja
Dreh
om
en