te zakken onder hun eigen gewicht. Er moeten steunen
aan beide zijden onder het paneel worden geplaatst, in
de buurt van de zaaglijn en bij de rand van het paneel.
e) Gebruik geen botte of beschadigde zaagbladen.
Botte of onjuist ingestelde zaagbladen maken een
smalle zaagsnede die excessieve wrijving tot gevolg
heeft, waardoor het zaagblad vast komt te zitten en een
terugslag veroorzaakt.
f) De vergrendelingshendels voor het instellen van
de zaagbladdiepte en de afschuining moeten
goed vast zitten voordat u begint met zagen. Als
de zaagbladinstelling tijdens het zagen verschuift,
kan het zaagblad hierdoor vastlopen en een terugslag
veroorzaken.
g) Wees extra voorzichtig bij het zagen in bestaande
muren of andere gebieden waar u niets ziet. Het
uitstekende zaagblad kan voorwerpen zagen die een
terugslag kunnen veroorzaken.
FUNCTIE VAN DE ONDERSTE BESCHERMKAP
a) Controleer voor elk gebruik of de onderste
beschermkap goed sluit. Gebruik de zaag niet als
de onderste beschermkap niet vrij kan bewegen
en onmiddellijk sluit. Klem of bind de onderste
beschermkap nooit in de open stand vast. Als de
zaag per ongeluk valt, kan de onderste beschermkap
verbogen raken. Til de onderste beschermkap op met
behulp van de terugtrekhendel en zorg ervoor dat
deze vrij kan bewegen en het zaagblad of enig ander
onderdeel niet raakt, in alle hoeken en diepten van de
zaagsnede.
b) Controleer de werking van de onderste
beschermveer. Als de beschermkap en de veer
niet naar behoren werken, moeten ze voor gebruik
worden nagekeken. De onderste beschermkap kan
traag werken als gevolg van beschadigde onderdelen,
rubber afzettingen of een opeenhoping van vuil.
c) De onderste beschermkap mag alleen handmatig
worden ingetrokken voor speciale zaagsneden zoals
"invalsneden" en "samengestelde sneden". Til de
onderste beschermkap op met de terugtrekhendel
en zodra het zaagblad in het materiaal komt, moet
de onderste beschermkap worden losgelaten. Voor
al het andere zagen moet de onderste beschermkap
automatisch werken.
d) Let er altijd op dat de onderste beschermkap het
zaagblad bedekt voordat u de zaag op een bank of
vloer neerzet. Een onbeschermd, uitlopend zaagblad
zorgt ervoor dat de zaag achteruit loopt en zaagt wat
er op zijn pad komt. Houd rekening met de tijd die het
zaagblad nodig heeft om tot stilstand te komen nadat de
schakelaar is losgelaten.
ALGEMEEN
•
Dit gereedschap mag niet worden gebruikt door
personen onder de 16 jaar
•
Dit gereedschap is niet geschikt voor nat zagen
•
Werk niet met materialen die asbest bevatten (asbest
wordt als kankerverwekkend beschouwd).
•
Stof van materiaal zoals loodhoudende verf, sommige
houtsoorten, mineralen en metaal kunnen schadelijk zijn
(contact met of inademing van de stof kan allergische
reacties en/of ademhalingsziekten bij gebruiker of
omstanders veroorzaken); draag een stofmasker en
werk met een stofopvangvoorziening als die kan
worden aangesloten.
•
Bepaalde soorten stof zijn geclassificeerd als
kankerverwekkend (zoals stof van eiken en beuken),
met name in combinatie met toevoegingsmiddelen voor
houtverzorging; draag een stofmasker en werk met
een stofopvang-voorziening als die kan worden
aangesloten.
•
Volg de stofgerelateerde nationale vereisten voor de
materialen waarmee u wilt werken.
•
Gebruik deze zaag niet in combinatie met een zaagtafel.
•
Verwijder de accu uit het gereedschap voordat u
instellingen verandert of een accessoire verwisselt.
ACCESSOIRES
•
SKIL kan alleen een correcte werking van het
gereedschap garanderen, indien originele accessoires
worden gebruikt.
•
Gebruik alleen accessoires met een toegestaan
toerental, dat minstens even hoog is als het hoogste
onbelaste toerental van het gereedschap.
•
Gebruik alleen zaagbladen die voldoen aan de in deze
gebruiksaanwijzing vermelde specificaties, volgens EN
847-1 zijn getest en overeenkomstig zijn gemarkeerd.
•
Gebruik uitsluitend zaagbladen met een diameter van
165 mm en een asgat van 16 mm.
•
Gebruik nooit slijp-/doorslijpschijven met dit
gereedschap.
VOOR GEBRUIK
•
Voorkom schade, die kan ontstaan door schroeven,
spijkers en andere voorwerpen in uw werkstuk; verwijder
deze voordat u aan een karwei begint.
•
Verwijder alle obstakels zowel boven als onder het
zaagpad voordat u begint met zagen.
•
Zet het werkstuk vast (een werkstuk, dat is vastgezet
met klemmen of in een bankschroef, zit steviger vast dan
wanneer het met de hand wordt vastgehouden).
•
Gebruik een geschikt detectieapparaat om
verborgen stroom-, gas- of waterleidingen op
te sporen of raadpleeg het plaatselijke energie-
of waterleidingbedrijf (contact met elektrische
leidingen kan tot brand of een elektrische schok leiden;
beschadiging van een gasleiding kan tot een explosie
leiden; breuk van een waterleiding veroorzaakt materiële
schade en kan tot een elektrische schok leiden).
TIJDENS HET GEBRUIK
Het geluidsniveau tijdens het werken kan de 85 dB(A)
•
overschrijden; draag gehoorbescherming
•
Gebruik het gereedschap nooit zonder het originele
beschermkapsysteem.
•
Probeer geen extreem kleine werkstukken te zagen.
•
Werk niet boven uw hoofd met het gereedschap.
•
In geval van het vastknellen of een elektrische of
mechanische storing, het gereedschap onmiddellijk
uitschakelen en batterij verwijderen.
NA GEBRUIK
•
Als u het gereedschap weg legt, moet de motor
uitgeschakeld zijn en alle bewegende delen tot stilstand
zijn gekomen.
Nadat u uw cirkelzaag hebt uitgeschakeld, mag u
•
de rotatie van het zaagblad nooit stoppen door een
zijdelingse kracht die erop wordt uitgeoefend.
ACCU
•
De meegeleverde accu, wanneer aanwezig, is deels
opgeladen (om een volledige capaciteit van de accu
te garanderen, moet u de accu volledig opladen in de
oplader voordat u uw elektrische gereedschap voor de
eerste keer gebruikt)
31