Bediening
De infraroodelektronica straalt onzichtbaar, gepulseerd licht
uit.
De infraroodelektronica is zodanig ingesteld, dat de waterloop
wordt geactiveerd als u uw handen dicht onder de uitloop
houdt. Haalt u uw handen van de uitloop weg, dan stopt de
waterloop na 2 sec (instelling af fabriek).
Het bereik van de sensoren is afhankelijk van de reflectie van
het voorwerp dat moet worden gedetecteerd.
Reinigingsmodus
De reinigingsmodus wordt geactiveerd door uw hand 5 sec
lang op een afstand van 3 - 7cm voor de sensoren te houden.
De waterloop wordt 3 min onderbroken.
Als u uw hand opnieuw 5 sec dichtbij de sensor houdt of nadat
de onderbreking is beëindigd, wordt de waterloop weer
automatisch geactiveerd.
Automatische veiligheidsuitschakeling
Nadat een voorwerp gedurende 60 sec (instelling af fabriek) is
gedetecteerd, beëindigt de infraroodelektronica automatisch
de waterloop.
Met behulp van de afstandsbediening (zie speciaal
toebehoren, bestelnr.: 36 206) kan de automatische
veiligheidsuitschakeling in stappen van 5 - 420 sec. worden
versteld.
Automatische spoeling
De automatische spoeling dient voor de hygiëne van het water
als de kraan gedurende een lange periode niet wordt gebruikt
en activeert de waterloop 1 - 3 dagen na het laatste gebruik
gedurende 1-10 minuten.
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid:
- Zorg bij een geactiveerde automatische spoeling voor een
vrije afvoer.
- Voor het uitvoeren van de automatische spoeling van de
koud- en warmwaterleiding moet de thermostaat zich in de
mengwaterpositie bevinden.
Met de infraroodafstandsbediening (bestelnr.: 36 206)
kunnen de volgende instellingen worden uitgevoerd en
gewijzigd.
Automatische spoeling activeren en instellen
1. Automatische spoeling in-/uit schakelen.
• Druk op de toets RESET en houd deze ingedrukt.
• Druk binnen 2 sec. ook op de toets OFF AUTO.
(De controlelamp in de sensoren van de kraan knippert).
- Inschakelen:druk binnen 10 sec. op de toets OFF AUTO
Het controlelampje van de sensoren knippert 4 x kort = aan
- Uitschakelen:druk binnen 10 sec. op de toets OFF AUTO
Het controlelampje van de sensoren knippert 2 x lang = uit
De instelmodus wordt na 10 seconden automatisch beëindigd.
2. Spoelinterval 3 dagen of 1 dag instellen.
• Druk op de toets TEST => testmodus is ingeschakeld
- Met de toets ON AUTO kan het spoelinterval worden
ingesteld.
• Druk steeds op de toets ON AUTO.
De controlelamp in de sensoren van de kraan knippert:
- 2 x lang = spoelinterval van 1 dag is ingesteld
- 4 x kort = spoelinterval van 3 dagen is ingesteld
Verlaat de instelmodus door op de toets TEST te drukken of
automatisch na 60 sec.
17
3. Verstel de spoeltijd in fasen van 1 tot 10 minuten
• Druk op de toets TEST => testmodus is ingeschakeld
Via de toetsen + en - (toets
worden verhoogd (+) of verlaagd (-).
• Druk op de toetsen + of - (toets
De controlelamp in de sensoren van de kraan knippert:
- 4 x kort = verstelling met een fase (ca. 1 min.)
- 2 x lang = bereiken van de eindpositie
Verlaat de instelmodus door op de toets TEST te drukken of
automatisch na 60 sec.
Doorlooptijd 3,5 min of 11 min instellen
(voorinstelling: 3,5 min)
• Druk op de toets TEST => testmodus is ingeschakeld
Met de toets OFF AUTO kan de doorlooptijd worden
ingesteld.
• Druk steeds op de toets OFF AUTO.
De controlelamp in de sensoren van de kraan knippert:
- 2 x lang = doorlooptijd van 11 min is ingesteld
- 4 x kort = doorlooptijd van 3,5 min is ingesteld
Verlaat de instelmodus door op de toets TEST te drukken of
automatisch na 60 sec.
Onderhoud
Controleer alle onderdelen, reinig en vervang deze indien
nodig.
Sluit de watertoevoer af en schakel de
spanningsvoorziening uit!
I. Transformator
1. Schroef de schroef (G2) met de meegeleverde
schroevendraaier los en verwijder de afdekplaat (G),
zie afb. [11].
2. Maak de steekverbindingen (P1) en (P2) van de
transformator los, zie afb. [12].
3. Trek het bovenstuk (L) van de transformator van het
onderstuk (M).
II. Magneetventiel
1. Schroef de schroef (G2) met de meegeleverde
schroevendraaier los en verwijder de afdekplaat (G),
zie afb. [11].
2. Schroef de flexibele aansluitslang (N) met de pakking (N1)
van het magneetventiel (J) af, zie afb. [13].
3. Verwijder de steekverbindingen van het magneetventiel (J).
4. Schroef het magneetventiel (J) los.
5. Vervang de zeef (J2) of de membraan (J3).
III. Afdekplaat met elektronica
1. Ga hier op dezelfde manier te werk als bij het onderhoud
van de transformator onder punt 1 en 2 en het onderhoud
van het magneetventiel onder punt 1 tot 3.
2. Demonteer de uitloop en het verlengstuk (indien aanwezig),
zie afb. [14].
De elektronica kan alleen compleet met de rozet worden
vervangen.
IV. Schroef de laminaire straalregelaar (13 960) los en
reinig deze, zie uitvouwbaar blad II.
De onderdelen worden in omgekeerde volgorde gemonteerd.
) kan de spoeltijd
).