SBE 64 18-EC/SBE 127 18-EC
Zaaghaak (zie afbeelding P)
WAARSCHUWING!
Als de zaag aan de haak is opgehangen,
schud de zaag of het object waar de zaag
aan hangt niet.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de constructie die wordt
gebruikt om de zaag aan op te hangen
voldoende stevig is. Er kan persoonlijk letsel
of schade aan eigendommen ontstaan.
WAARSCHUWING!
Gebruik de haak alleen om de zaag op te
hangen. De haak gebruiken om iets anders
aan op te hangen kan leiden tot ernstig letsel.
Om de haak te gebruiken, til de zaaghaak (10)
op totdat deze vastklikt in de open stand.
Als u de haak niet gebruikt, laat deze altijd
zakken tot de haak vastklikt in de gesloten
stand.
Trekkerschakelaar met variabel
toerental (zie afbeelding Q)
SBE 64 18-EC
Om het gereedschap "AAN" te zetten, houd
de vergrendelingsknop (1) ingedrukt en knijp
de trekkerschakelaar (12) vervolgens dicht.
Laat de vergrendelingsknop (1) los en houd
de trekkerschakelaar (12) ingedrukt voor een
continue werking.
Om het gereedschap uit te zetten, laat de
trekkerschakelaar (12) los.
De triggerschakelaar met variabele snelheid
(12) levert een hogere snelheid met
verhoogde druk en lagere snelheid met
verminderde druk.
SBE 127 18-EC
Om het apparaat "AAN" te zetten, druk
de vergrendelingsknop in vanaf de zijde
gemarkeerd met '
trekkerschakelaar (12) dicht.
Om het gereedschap uit te zetten, laat de
trekkerschakelaar (12) los.
Om te voorkomen dat de zaag
onbedoeld wordt geactiveerd, druk de
vergrendelingsknop in vanaf de zijde die is
gemarkeerd met '
wordt vergrendeld.
De triggerschakelaar met variabele snelheid
(12) levert een hogere snelheid met
' en knijp vervolgens de
' en de trekkerschakelaar
verhoogde druk en lagere snelheid met
verminderde druk.
Snelheidsknop (zie afbeelding R)
De bandzaag heeft een snelheidsknop (2) om
verschillende snelheden in te stellen.
Draai de snelheidsknop (2) naar "6" voor
maximale snelheid of naar "1" voor minimale
snelheid (SBE 64 18-EC).
Draai de snelheidsknop (2) naar "5" voor
maximale snelheid of naar "1" voor minimale
snelheid (SBE 127 18-EC).
Juiste handpositie (zie afbeelding S)
WAARSCHUWING!
Gebruik altijd de juiste handpositie om
het risico op ernstig persoonlijk letsel te
beperken.
De juiste handpositie vereist één hand op
de hoofdhandgreep (11) en één hand op de
voorste handgreep (3).
Algemene zaagwerkzaamheden
■ Haal de accu uit het gereedschap.
■ Zorg ervoor dat het werkstuk stevig op zijn
plaats is geklemd om te voorkomen dat het
wegglijdt of beweegt tijdens het zagen.
■ Installeer het juiste type en formaat
zaagblad voor het materiaal en de grootte
van het werkstuk.
■ Markeer indien nodig de zaaglijn duidelijk
op het werkstuk.
■ Sluit de accu op de bandzaag aan.
■ Houd de zaag met beide handen stevig
vast. Zorg ervoor dat u uw handen alleen
op de geïsoleerde greepvlakken houdt.
■ Breng de werkstukgeleider in contact met
het werkstuk terwijl u het zaagblad van het
werkstuk houdt.
■ Start de zaag en breng deze op de
maximale gewenste zaagsnelheid voordat
u het zaagblad op het werkstuk aanbrengt.
■ Kantel het gereedschap langzaam en
voorzichtig om het bandzaagblad met
het werkstuk in contact te brengen. Oefen
alleen voldoende constante druk op het
zaagblad uit om de zaag te laten zagen.
Overbelast het gereedschap niet.
OPMERKING
Als de bandzaag tijdens het zagen vastloopt
in het materiaal van het werkstuk, laat de
schakelaar onmiddellijk los om schade aan
het bandzaagblad en de motor te voorkomen.
59