LET OP:
• Controleer altijd de draairichting alvorens het gereed-
schap te gebruiken.
• Verander de stand van de omkeerschakelaar alleen
nadat het gereedschap volledig tot stilstand is geko-
men. Als de draairichting wordt veranderd voordat het
gereedschap tot stilstand is gekomen, zal het gereed-
schap worden beschadigd.
INEENZETTEN
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
stekker ervan uit het stopcontact is verwijderd alvorens
enig werk aan het gereedschap uit te voeren.
De zijhandgreep monteren (extra handgreep)
LET OP:
• Gebruik altijd de zijhandgreep zodat u het gereedschap
met twee handen vasthoudt om veilig te kunnen
werken.
Gebruik ervan met het haaks voorzetstuk (Fig. 3)
Draai de zijhandgreep voor het haaks voorzetstuk in het
voorzetstukhuis. Draai daarna de zijhandgreep vast door
deze in de gewenste stand rechtsom te draaien.
Gebruik ervan zonder het haaks voorzetstuk (Fig. 4)
Draai de zijhandgreep stevig op het gereedschapshuis.
De zijhandgreep kan naar wens op iedere zijkant van het
gereedschap worden gemonteerd.
Het haaks voorzetstuk aanbrengen en
verwijderen
Aan elk uiteinde van het voorzetstukhuis zit een as. Voor
gebruik op hoge snelheid, bevestigt u de boorkop op de
kant die is gemarkeerd met "HIGH". De hogere snelheid
is meer geschikt voor het boren van kleinere gaten.
Voor gebruik op lage snelheid, bevestigt u de boorkop op
de kant die is gemarkeerd met "LOW". De lagere
snelheid is meer geschikt voor het boren van grotere
gaten. (Fig. 5)
In de fabriek wordt de boorkop aangebracht aan de kant
die is gemarkeerd met "HIGH". Om dit te veranderen
naar de "LOW"-snelheid, gaat u als volgt te werk.
Om de boorkop te verwijderen, opent u eerst de klauwen
van de boorkop zo ver mogelijk en steekt u de
boorkopsleutel in een van de gaten. (Fig. 6)
Draai met een inbussleutel via de boorkopopening de
boorkopbevestigingsbout los door linksom te draaien.
(Fig. 7)
LET OP:
• De boorkop en de bout zijn aan elkaar bevestigd. Draai
de bout ongeveer 10 keer linksom zodat ze samen
verwijderd kunnen worden.
Draai
met
de
inbussleutel
verbindingsstuk los en verwijder het voorzetstukhuis, het
verbindingsstuk en de mof. (Fig. 8)
Om de mof en het verbindingsstuk weer aan te brengen,
plaatst u de mof op de as zodat de twee raakvlakken
perfect
op
elkaar
verbindingsstuk aan. Voor gebruik op hoge snelheid,
bevestigt u de kant van het voorzetstukhuis die is
gemarkeerd met "LOW" aan het verbindingsstuk. Voor
gebruik op lage snelheid, bevestigt u de kant van het
voorzetstukhuis die is gemarkeerd met "HIGH" aan het
verbindingsstuk. (Fig. 9)
de
bouten
van
passen.
Breng
daarna
Roteer het voorzetstukhuis naar de gewenste stand.
Draai
met
de
verbindingsstuk stevig vast. Draai ook de andere bout
van het verbindingsstuk stevig vast. (Fig. 10)
LET OP:
• Zorg ervoor dat beide bouten stevig vastgedraaid zijn
omdat anders de kans op persoonlijk letsel bestaat.
Plaats de boorkop op de as zodat de twee raakvlakken
perfect op elkaar passen. Houd de boorkop stil met de
boorkopsleutel en draai met de inbussleutel de
boorkopbevestigingsbout stevig vast. (Fig. 11 en 12)
Het gereedschap kan worden omgebouwd tot een
conventionele, rechte boormachine door de boorkop
rechtstreeks op de boormachine te bevestigen zonder
het haaks voorzetstuk ertussen aan te brengen. (Fig. 13)
Aanbrengen of verwijderen van de boor (Fig. 14)
Om de boor te installeren, steekt u hem zo ver mogelijk
in de boorkop. Draai de boorkop met de hand vast. Steek
de boorkopsleutel in elk van de drie gaten en draai vast
naar rechts. Zorg dat u alle drie de boorkopgaten gelijk-
matig vastzet.
Om de boor te verwijderen, draait u met de boorkopsleu-
tel een van de gaten naar links los. Draai daarna de
boorkop met de hand los.
Berg de boorkopsleutel na het gebruik weer op zijn oor-
spronkelijke plaats op.
BEDIENING
Vasthouden van het gereedschap
Wanneer u een groot gat boort met een zelfvoedende
boor e.d., moet u de zijhandgreep (hulphandgreep) als
een steun gebruiken om een veilige controle over het
gereedschap te kunnen behouden.
Boren
Boren in hout
Bij boren in hout krijgt u de beste resultaten met houtbo-
ren die voorzien zijn van een geleideschroef. Het boren
gaat dan gemakkelijker aangezien de geleideschroef de
boor in het hout trekt.
Boren in metaal
Om te voorkomen dat de boor slipt wanneer u een gat
begint te boren, moet u van te voren met een drevel en
hamer een deukje in het metaal slaan op de plaats waar
u wilt boren. Plaats vervolgens de boorpunt in het deukje
en begin te boren.
Gebruik altijd boorolie wanneer u in metaal boort. De
enige uitzonderingen zijn ijzer en koper die droog
geboord dienen te worden.
LET OP:
• Door overmatige druk op het gereedschap uit te oefe-
nen verloopt het boren niet sneller. Integendeel, teveel
het
druk op het gereedschap zal alleen maar de boorpunt
beschadigen, de prestaties van het gereedschap ver-
minderen en de gebruiksduur ervan verkorten.
• Wanneer de boor uit het boorgat te voorschijn komt,
wordt een enorme kracht uitgeoefend op de boor en
het
het gereedschap. Houd daarom het gereedschap ste-
vig vast en wees op uw hoede wanneer de boor door
het werkstuk begint te dringen.
• Wanneer de boor klemraakt, keert u met de omkeer-
schakelaar de draairichting om, om de boor uit het gat
te krijgen. Pas echter op en houd het gereedschap ste-
vig vast, aangezien het anders uit het gat weg kan
schieten.
inbussleutel
de
bout
van
het
17