nl
Bedienen
Voorbereiden
■ Het basisapparaat op een vlakke en
schone ondergrond zetten.
■ Het snoer in één keer tot de gewenste
lengte uittrekken (max. 100 cm)
en langzaam loslaten; het snoer is
gearrêteerd (afb. D).
■ Werklengte van het snoer korter maken:
lichtjes aan het snoer trekken en laten
opwikkelen tot de gewenste lengte. Dan
opnieuw kort aan het snoer trekken
en langzaam loslaten; het snoer is
gearrêteerd.
Attentie!
Wanneer het snoer klem zit: het snoer
geheel afwikkelen en dan laten opwikkelen.
■ Stekker in wandcontactdoos doen.
Kom en hulpstukken
W Verwondingsgevaar door roterende
hulpstukken
Grijp tijdens het gebruik nooit in de
mengkom. Altijd werken met aangebracht
deksel (12)!
Hulpstuk alleen vervangen bij stilstaande
aandrijving – na het uitschakelen loopt de
aandrijving nog even na en blijft dan staan
op de hulpstukwisselpositie.
De draaiarm pas bewegen wanneer het
hulpstuk stilstaat.
Nietgebruikte aandrijvingen altijd afdekken
met aandrijvingsbeschermdeksels.
Attentie!
Kom alleen gebruiken voor werkzaamheden
met dit apparaat.
Roergarde „Profi Flexi" (13)
voor het roeren van deeg, bijv.
roerdeeg
Professionele garde (14)
voor het kloppen van eiwit,
slagroom en dun deeg, bijv.
biscuitdeeg
Kneedhaak (15)
voor het kneden van dik deeg en
het mengen van ingrediënten die
niet fijngemaakt mogen worden
(bijv. rozijnen, chocolaatjes)
64
Belangrijke aanwijzing over het gebruik
van de klopgarde (afb. E):
Om de ingrediënten optimaal te mengen,
dient de klopgarde de bodem van de kom
bijna te raken. Als dit niet het geval is, past
u de hoogteinstelling van de klopgarde als
volgt aan:
■ Stekker uit het stopcontact halen.
■ Ontgrendelknop indrukken en de
draaiarm op positie 2 zetten.
■ Klopgarde in de aandrijving
steken tot deze vastklikt.
■ Garde vasthouden en de moer m.b.v.
een muilsleutel (SW 8) met de klok mee
losdraaien.
■ De optimale hoogte van de klopgarde
instellen door de garde te draaien:
met de klok mee draaien: optillen.
tegen de klok in draaien: neerlaten
■ Ontgrendelknop indrukken en de
draaiarm op positie 1 zetten.
■ De hoogte van de klopgarde
testen en indien nodig corrigeren.
■ Wanneer de hoogte goed is
ingesteld, op de ontgrendelknop
drukken en de draaiarm op
positie 2 zetten.
■ Garde vasthouden en de moer m.b.v.
een steeksleutel (SW 8) tegen de klok in
vastdraaien.
Werken met de kom en de hulpstukken
(afb. F):
■ Ontgrendelknop indrukken en de
draaiarm op positie 2 zetten.
■ Kom aanbrengen:
Kom iets naar voren laten overhellen,
plaatsen en vastklikken door deze tegen
de klok in te draaien.
■ Afhankelijk van de uit te voeren taak de
roergarde, slaggarde of kneedhaak in de
aandrijving steken tot deze vastklikt.