3.1.3
Dwars- en lengte-hoek van
de rotoren afstellen
De rotoren moeten in de dwars- en in de
lengterich-ting vlak staan. De rotoren hebben
aan de buitenkant van het onderstel en vooraan
wielen die in hoogte verstelbaar zijn.
Stand,
gezien
Controleer of de rotor vlak in de dwars en in
de lengterichting is afgesteld.
Corrigeer de afwijking:
a)
Verwijder de borgpen (1)
Vervang de ringen (2) op decorrecte
b)
wijze boven (A) of onder (B)aan de
houder (3)
Breng de pen (1) weer in en zet hem
c)
vast.
Schone en goed gevpormde
zwaden worden bereikt met
een
lengteafstelling
rotoren.
Afbeelding 10
A
B
vanuit
de
rijrichting.
juiste
dwars-
en
van
de
3.1.3
Ajuste
transversal y longitudinal de los rotores
Los rotores deben estar planos también
transversalmente
y
rotores tienen a ambos lados del chasis un par
de ruedas que pueden ser reguladas en altura.
Figura 10
1
2
3
Comprobar que la inclinación transversal y
longitudinal del rotor en la posición de
avance sea plana.
Corregir la desviación:
a)
Retirar la chaveta de seguridad (1)
b)
Colocar las arandelas (2)
adecuadamente por encima (A) o por
debajo (B) del soporte (3)
c)
Asegúrelo con la chaveta (1)
Un
consigue
permanece plano transversal
y longitudinalmente.
de
la
inclinación
longitudinalmente.
Los
hilerado
limpio
si
el
rotor
se
173