Rijaandrijving: zodra de rijaandrijving loopt,
registreert deze teller.
Borstelaandrijving: zodra de
borstelaandrijving loopt, registreert deze
teller.
Zuiger: zodra de zuiger loopt, onafhankelijk
van het niveau, registreert deze teller.
SERVICEINFO
Hier worden het serienummer van de
machine alsmede het servicenummer, een
codering van serienummer en actuele
bedrijfsuren, weergegeven.
FOUT
Onder dit menupunt kunnen de laatste 25
foutmeldingen met de desbetreffende
bedrijfsurenopgave worden opgeroepen.
Een lijst met foutnummers vindt u in de
bijlage van dit document.
BIjlage A – foutcodes
Foutmelding
Betekenis
F 1
Onderspanning accu
F 2
Diepontlading accu
Overtemperatuur
F 3
vermogenselektronica
F 4
Schuimsensor
Overtemperatuur
F 13
aandrijfmotor
Niet meer bereiken
accuniveau 0 (zuiger wordt
F 95
uitgeschakeld -> rit naar
oplaadstation)
Niet meer bereiken van
accuniveau 1 (borstels
F 96
worden opgetild, opzuigen is
nog mogelijk)
5. Veiligheid/onderhoud
5.1 Veiligheidsvoorschriften
Waarschuwing:
- Accu's bevatten zwavelzuur. Niet
innemen! Bijtend. Huid- en oogcontact
vermijden. Aanwijzingen van de fabrikant
beslist opvolgen!
- Bij het laden van natte accu's bestaat er
explosiegevaar door zuurstof-
waterstofgas. Gevaar voor ernstige
verwondingen! De machine moet bij het
opladen van natte accu's absoluut
worden geopend. Tank legen en
openklappen (E1).
- Houd open vuur en gloeiende voorwerpen
altijd verwijderd van accu's. Vermijd
vonkvorming in de buurt van de accu's!
- Absoluut rookverbod aanhouden.
- Onderhoudsvrije accu's mogen niet
worden geopend.
- Aan onderhoudsvrije accu's mag geen
gedestilleerd water worden toegevoegd.
- Het is verboden geleidende voorwerpen
(bijv. metalen) op de accu's te leggen.
40 / 74
- Voor het reinigen en onderhouden van de
machine, het vervangen van onderdelen
of het instellen naar een andere functie
moet de aandrijving worden
uitgeschakeld, moet de
hoofdcontactsleutel worden verwijderd en
de noodstopstekker worden losgetrokken
(H). De machine moet van de stekker van
het oplaadapparaat en alle verbindingen
met het stroomnet worden losgekoppeld.
- De machine mag niet worden gereinigd
met hoge druk-/stoomreinigers of een
vloeistofstraal.
- Voor reparaties mogen alleen originele
reserveonderdelen van Wetrok worden
gebruikt.
- Er mogen alleen originele accessoires
en gebruikselementen van Wetrok
worden gebruikt.
5.2 Onderhoudsschema
Onderhoud en verzorging zijn belangrijke
voorwaarden voor het foutloos functioneren
en een lange levensduur van de machine.
Dagelijks:
- Schoonwatertank (F5) legen en spoelen.
- Schoonwaterfilter reinigen.
- Opvangmand voor grof vuil legen en
reinigen (afhankelijk van vervuiling ook
tijdens de werkzaamheden controleren en
indien nodig legen)
- Vuilwatertank (F2) volledig legen en
grondig omspoelen met schoon water.
- Schuimsensoren (F1) reinigen
- Tankdeksel open laten als de machine
niet wordt gebruikt.
- Zuigmond (B2) afnemen. Zuigkanaal en
zuiglippen reinigen.
- Machine afnemen met een schone, licht
vochtige doek.
- Accucontrole en –onderhoud uitvoeren
volgens informatie van de fabrikant.
Wekelijks:
- Bij conventionele natte accu's de
zuurconcentratie van alle accucellen
meten. Gedestilleerd water controleren.
Na 400 bedrijfsuren:
- Na ca. 400 bedrijfsuren moeten de
koolstiften van de zuigmotor worden
gecontroleerd en eventueel worden
vervangen.
5.3 Accu opladen
Laadapparaat op de acculaadstekker (H2)
aansluiten, waarbij de noodstopstekker
(G1/H1) wordt losgetrokken en het
oplaadapparaat op het vaste deel van de
acculaadstekker (H2) wordt aangesloten.
Waarschuwing: zie
veiligheidsvoorschriften punt 5.1!
AANWIJZING:
- Gebruiksaanwijzing van de fabrikant van
het oplaadapparaat opvolgen.
- Het volledig opladen van een accu duurt
minimaal 12 uur.
- Accu en oplaadapparaat zijn op elkaar
afgestemd. Alleen oplaadapparatuur
volgens aanbevelingen van Wetrok
gebruiken, er wordt anders geen enkele
aansprakelijkheid aanvaard.
- Niet opnieuw laden na korte belasting
(ontlading van min. 20 % alvorens
opnieuw te laden.)
- Accu's bij langer buiten gebruik blijven af
en toe opnieuw opladen (om een
diepontlading te voorkomen).
- De contacten moeten worden afgedekt
om kortsluiting door metaaloverbrugging
(bijv. door gereedschap) te voorkomen.
5.4 Toegang tot de accu's
- De tankbehuizing (E1) wordt ontgrendeld
met behulp van de hoofdcontactsleutel.
- Vervolgens tankbehuizing (E1) omhoog
klappen (zie afb. E).
De voor service belangrijke onderdelen zijn
nu toegankelijk. De acculaadstekker (H2)
voor de accu's is van buitenaf bereikbaar.
AANWIJZING:
Voor het omhoog klappen van de
tankbehuizing (E1) moet er op worden
gelet, dat de tankinhoud geleegd is (zie
hoofdstuk 3.5).
Als de machine tijdens meerdere
ploegendiensten wordt gebruikt, wordt
het gebruik van een 2e accuset en een
voorziening voor het verwisselen van
accu's aanbevolen. De klantenservice
van Wetrok heeft u hierover graag meer
advies.
6. Zoeken en oplossen van storingen
Om in geval van storingen snel te kunnen
helpen, heeft de Wetrok-service uw hulp
nodig. Het wordt aanbevolen direct contact
met de Wetrok-servicedienst op te nemen
en de fout indien mogelijk door te geven
met de foutcode.
6.1 Aandrijf-, borstel- of zuigmotor loopt
niet:
- Noodstopstekker (G1/H1) aangebracht?
- Hoofdcontactsleutel op AAN?(G2)
- Display verlicht?
- Accu's ontladen? Fout F2 wordt
weergegeven
- Functies actief? LED's (P6 of P7 en P14
of P15) branden?
- Vuilwatertank (F2) vol? Schuimsymbool
op het display knippert?
- Foutmelding op het display (F13): voor
opnieuw in gebruik nemen laten afkoelen.
6.2 Geen, of zwak zuigvermogen:
- Vuilwatertank vol, schuimsymbool op het
display knippert?
- Vuilwaterinlaat aangebracht?
- Zuigleidingen, zuigslang en zuigmond
(B2) verstopt?
- Zuigslang en zuigmond (B2) niet
voldoende met elkaar verbonden?
- Tankdeksel niet geheel correct gesloten?