4.10
Haspel verwisselen
Schakel de ROCAM 4 Plus uit, vóór het verwisselen van de haspel!
ROCAM 4 Plus loodrecht plaatsen. De voorste klep (6) dient daarbij gesloten te zijn!
De camerakop (1) uit de houder (10) nemen en de schuifkabel (4) voorzichtig uit de
geleidehaken (11) nemen (bij SL40, de camerakop demonteren).
Plaats de camerakop (1) met duwkabel (4) in de haspel (8).
Bajonetkoppeling losmaken door deze een halve slag te draaien en voorzichtig los te
trekken. Houd het andere gedeelte daarbij vast. Let erop dat de steekverbinding niet
beschadigd raakt!
Trek de aanslagbout voorzichtig uit de vergrendeling en draai deze 90° . Let erop dat de
haspel (8) niet wegglijdt.
Haspel (8) in de richting van de T-sleuf schuiven en zijwaarts verwijderen. De aansluitkabel
mag niet beschadigd worden.
Montage in omgekeerde volgorde. Let bij het inschuiven van de haspel (8) op de markering.
De software herkent de aangesloten camerakop automatisch.
4.11
Acculader en Accu
Overzicht:
1
Accupack
2
Schuifbevestiging
3
Bedrijfs-LED
In gebruik nehmen:
Controleer voordat de machine in gebruik wordt genomen of de op het
typeplaatje aangegeven spanning overeenkomt met de netspanning.
Apparaten zoals deze, die gelijkstroom opwekken, kunnen eenvoudige differentieelschakelaars
beïnvloeden. Gebruik type F of hoger, met een uitschakelstroom van max. 30 mA.
Zorg er voor de ingebruikneming van de acculader voor dat de
ventilatiesleuven vrij zijn. Minimale afstand tot andere voorwerpen ong. 5 cm!
Zelftest:
Netstekker insteken.
De waarschuwings-LED (4) en de bedrijfs-LED (3) lichten na elkaar ca. 1 seconde op, de
ingebouwde ventilator loopt ca. 5 seconden.
Accupack:
Het accupack (1) voor gebruik opladen.
Laad het accupack bij vermogensverlies weer op.
De optimale opslagtemperatuur ligt tussen 10° C en 30° C. De toelaatbare oplaadtemperatuur ligt
tussen 0 ° C en 50 ° C.
Li-ion-accupacks „Li-Power" hebben een capaciteits- en signaalindicatie (6):
Druk op toets (5) en de laadtoestand wordt door de LED-verlichting aangegeven.
Wanneer een LED-lampje knippert, is het accupack bijna leeg en moet het weer opgeladen
worden.
Bediening:
Accupack laden:
Accupack volledig, tot de aanslag op de schuifbevestiging (2) schuiven.
De bedrijfs-LED (3) knippert.
4
Waarschuwings-LED
5
Toets voor de indicatie van de capaciteit
6
Capaciteits- en signaalindicatie
NEDERLANDS
(B)
(C)
107