Elektromagnetische compatibiliteit (EMC)
7
Omgevingscondities
Temperatuurbereik van de omge-
vingslucht:
in bedrijf: -10 °C ... +40 °C (+14 °F...+104 °F)
bij transport
en opslag: -25 °C ... +55 °C (-13 °F...+131 °F)
Relatieve luchtvochtigheid:
t/m 50 % bij 40 °C (104 °F)
t/m 90 % bij 20 °C (68 °F)
Bedrijf, opslag en transport mogen
alleen binnen de aangegeven be-
reiken plaatsvinden! Het gebruik
buiten deze bereiken geldt als on-
bedoeld. Voor daardoor ontstane
schade is de fabrikant niet aan-
sprakelijk.
De omgevingslucht mag geen stof, zuren,
corrosieve gassen of andere schadelijke
stoffen bevatten!
8
Veiligheidstest
van het voorkomen van ongeval-
len)
De gebruiker van beroepsmatig inzetbare
lasapparatuur is verplicht, bij gebruik van
deze apparatuur regelmatig een veilig-
heidstest op deze apparatuur volgens VDE
0544-4 (NEN 3140) te laten uitvoeren. Het
advies van Lorch is om dat één keer in de
12 maanden te laten uitvoeren.
Ook bij aanpassingen of reparaties aan de
apparatuur moet een veiligheidstest worden
uitgevoerd.
Ondeskundig uitgevoerde veilig-
heidstesten kunnen leiden tot on-
herstelbare beschadiging van de
installatie. Nadere informatie over
de veiligheidstesten is verkrijg-
baar bij de geautoriseerde Lorch-
servicesteunpunten.
01.10
(in het kader
9
Elektromagnetische
compatibiliteit (EMC)
Dit product voldoet aan de huidige gelden-
de EMC-normen. Let bij het gebruik op het
volgende:
Het apparaat is bestemd voor het lassen
zowel in de handel en nijverheid als in de
industrie (CISPR 11 class A). Bij gebruik
in andere omgevingen (b. v. woongebie-
den) kunnen andere elektrische appara-
ten worden gestoord.
Tijdens de inbedrijfstelling kunnen elek-
tromagnetische problemen ontstaan in:
–
elektriciteitsleidingen,
signaal- en telecommunicatieleidingen
in de nabijheid van het lasapparaat
–
televisie- en radiozenders en -ontvangers
–
computers en andere regelingsvoor-
zieningen
–
beveiligingen van onder andere com-
merciële gebouwen en dergelijke (b.
v. alarminstallaties)
–
pacemakers en gehoorapparaten
–
instrumenten voor kalibreren of meten
–
niet of slecht ontstoorde apparaten
Als andere voorzieningen in de omgeving
worden gestoord, kunnen extra afschermin-
gen nodig zijn.
De storingsomgeving is niet beperkt tot
het terrein waar men zich bevindt. Dit is
mede afhankelijk van de bouwwijze van
het gebouw en andere plaatselijke werk-
zaamheden en invloeden.
Gebruik het apparaat overeenkomstig de in-
formatie en aanwijzingen van de producent.
De gebruiker is verantwoordelijk voor de in-
stallatie en het juiste gebruik van het appa-
raat. Treden elektromagnetische storingen
op, dan is de gebruiker (evt. met technische
hulp van de producent) verantwoordelijk
voor het verhelpen ervan.
stuurkabels,
- 111 -