Reinigen, desinfecteren en drogen
Alleen goedgekeurde reinigings- en desinfectiemiddelen gebruiken!
Reinigen: Masker na elk gebruik reinigen. Voor het reinigen geen oplos-
middelen zoals aceton, alcohol o.i.d. gebruiken. Volgelaatsmasker met
lauwwarm water onder toevoeging van het een universele reinigingsmiddel
1)
Sekusept Cleaner
en een doek schoonmaken. Onder de kraan grondig
spoelen.
Desinfecteren: Masker na elk gebruik desinfecteren. Volgelaatsmasker in
het desinfectiebad leggen. Gebruik maken van het desinfectiemiddel
1)
Incidur
. Concentratie: 2 %, inwerkingstijd: 15 min.
Te hoge dosering en te lange inwerktijden kunnen het masker schade toe-
brengen! Onder de kraan grondig spoelen.
Machinale reiniging en desinfectie: met Eltra
Drogen: Water uit het volgelaatsmasker eruit schudden. Resterend vocht in
de droogkast of aan de lucht laten drogen. Temperatuur maximaal 60
Niet aan direct zonlicht blootstellen. Spanelementen niet op de gelaatstukaf-
dichting leggen. Geleiders van de spanelementen met vaseline invetten.
Controleren
Masker na elk gebruik resp. na elke onderhouds- en reparatiebeurt
controleren.
1)
Testapparatuur
en -accessoires: Test-It 4100 (AG 02 400), Testor 2100
(R 53 400), Prestor (AG 02 000), Quaestor light (R 54 750), Quaestor
Automatic (AG 02 234) of Quaestor III (R 54 300), adapter (R 53 345),
blinddop (T 52 246), uitademventieldop (R 53 346) en maskerhouder S
(R 53 930).
Spreekmembraan visueel controleren: Spreekmembraan en O-ring
moeten schoon en intact zijn, zo nodig schoonmaken of vervangen (zie
hoofdstuk "Controle- en onderhoudstermijnen").
Inademventiel visueel controleren: Het inademventiel is te zien in de mas-
keraansluiting. Naar binnen blazen om te controleren of het inademventiel-
schijfje vrij beweegbaar is. Vervang het onderdeel wanneer het verplakt is.
Uitademventiel visueel controleren: Beschermkap van de maskeraanslui-
ting afhalen en ventielschijfje eruit trekken. Ventielschijfje en -zitting moeten
schoon en intact zijn, zo nodig schoonmaken of vervangen. Ventielschijfje
met water bevochtigen en plaatsen.
Op lekkage controleren: Gebruiksaanwijzing van de tester in acht nemen.
Gelaatstukafdichting evt. met water bevochtigen en volgelaatsmasker met
maskerhouder S op de testkop monteren. Testkop opblazen tot de gelaat-
stukafdichting het masker overal afsluit. O-ring van de blinddop of adapter
invetten. Maskeraansluiting met blinddop of adapter afdichten. Zo nodig het
uitademventiel bevochtigen. 10 mbar onderdruk opwekken. Het volgelaats-
masker wordt als dicht beschouwd wanneer de drukverandering na 1 minuut
niet meer dan 1 mbar bedraagt. Als dit niet het geval is
Controle met dichtgehouden uitademventiel: Uitademventiel uitbouwen.
Uitademventieldop stevig op zijn plaats duwen (moet inklikken) en met veer-
brug vastmaken. 10 mbar onderdruk opwekken. Bij drukverandering bene-
den 1 mbar na 1 minuut uitademventieldop verwijderen, nieuw ventielschijfje
plaatsen en lektest herhalen. Anders
Controle op lekkage onder water: Testkop inclusief volgelaatsmasker in
het water onderdompelen, ca. 10 mbar overdruk opwekken en testkop
onder het wateroppervlak langzaam draaien. Uittredende luchtbellen zijn
een aanwijzing voor een lekkage. Testkop en volgelaatsmasker uit het water
halen, lekkages verhelpen, uitademventieldop verwijderen en uitademven-
tiel monteren. Lektest herhalen.
Openingsdruk van het uitademventiel controleren: Bij gebruik van de
tester Quaestor III moet de openingsdruk minstens 4,2 mbar zijn bij con-
stante doorstroomcapaciteit van 10 L/min door het volgelaatsmasker.
Anders veer vervangen en de controle herhalen.
Bij gebruik van een tester die deze constante flow niet toegestaan, bijv.
Testor 2100, moet de openingsdruk minstens 4,5 mbar zijn.
Na de controle: Adapter verwijderen. Masker van de testkop halen en
eventueel drogen. Beschermkap aanbrengen, moet inklikken.
1) Volg de bijbehorende gebruiksaanwijzing op.
18
Bijzondere onderhoudswerkzaamheden
Voorzetruit vervangen:
1 Schroeven eruit draaien, daarbij de zes-
Spanelementen verwijderen. Spanframe op
de verbindingspunten met een schroeven-
draaier uit elkaar trekken, dan omhoog en
omlaag afhalen. Steunplaat verwijderen, zie
"Maskeraansluiting vervangen". Oude voorze-
truit uit de rubberen dichting eruit halen.
Nieuwe voorzetruit eerst in het bovenste
gedeelte en dan in het onderste gedeelte van de rubberen dichting plaat-
1)
.
sen. De middenmerktekens op de voorzetruit en op het maskerlichaam
moeten op elkaar liggen. Rubberen dichting rechts en links boven de kant
o
C.
van de voorzetruit trekken. Rubberen dichting van buiten en spanframe van
binnen met zeepsop bevochtigen.
Eerst het bovenste en dan het onderste spanframe aanpersen. Steunplaat
plaatsen.
1 Spanelementen en spanframe met behulp van de schroeven en de zes-
2 Let op een correcte montage: De draaias van de spanelementen moet
Maskeraansluiting vervangen: Binnenmasker eruit trekken. Klamp met
behulp van een schroevendraaier eruit halen. Klamp, glijring en steunplaat
verwijderen. Maskeraansluiting uit het maskerlichaam eruit halen. Nieuwe
maskeraansluiting van spreekmembraan, uitadem- en inademventiel voor-
zien en zodanig plaatsen dat de middenmerktekens van maskeraansluiting
en maskerlichaam op elkaar liggen. Glijring en nieuwe klamp monteren.
Haak zó inhangen dat de klamp zo strak mogelijk zit. Steunplaat tussen
klamp en glijring schuiven, op het onderste spanframe vastklemmen en uit-
lijnen. Neus van de klamp met behulp van de tang R 53 239 samenpersen
tot de maskeraansluiting in het masker vergrendeld. Binnenmasker vast-
knopen.
Ventielschijfjes voor regelkleppen vervangen: Oude ventielschijfjes naar
binnen verwijderen. Pennen van de nieuwe ventielschijfjes van binnen in
het boorgat steken en in de richting van de voorzetruit trekken totdat de
achtersnede van de pen zichtbaar wordt. De ventielschijfjes moeten binnen
gelijkmatig vastliggen.
Spreekmembraan resp. O-ring vervangen:
Binnenmasker uit de groef van de schroefring
verwijderen. Schroefring met stiftsleutel
R 26 817 losschroeven. Stiftsleutel omdraaien
en voorzichtig in de gaten van het bescherm-
rooster steken, membraanfolie niet beschadi-
gen. Spreekmembraan losdraaien en
verwijderen. O-ring met ringlichter R 21 519
uit het aansluitstuk eruit halen. Spreekmembraan en O-ring controleren en
in voorkomend geval vervangen. Binnenmasker vastknopen.
Uitademventielschijfje vervangen: Zie "Uitademventiel visueel controle-
ren". Beschermkap aanbrengen, moet inklikken.
Inademventiel resp. inademventielschijfje vervangen: Ventiel aan de
strip wegtrekken. Oud ventielschijfje los- en nieuwe vastknopen. Inadem-
ventiel in de maskeraansluiting duwen totdat deze rondom op de schijf rust.
Het ventielschijfje mag niet vastgeklemd zijn, de schijf wijst naar binnen, de
dwarsstukken naar buiten.
Alleen originele Dräger onderdelen gebruiken. Na onderhoudswerk-
zaamheden en/of vervanging van onderdelen het masker opnieuw
controleren.
Opslaan
Voorzetruit met een antistatisch lapje aflappen. Om vervormingen te voor-
komen, die tot lekkage kunnen leiden: de spanelementen niet op de gelaat-
stukafdichting leggen. Volgelaatsmasker in bijbehorende zak of trommel
verpakken. Zonder vervormingen, spanningsvrij, koel, droog en beschermd
tegen stof opbergen.
Bewaartemperatuur –15
Voor direct licht en warmtestraling beschermen. ISO 2230 of nationale
richtlijnen voor opslag, onderhoud en reiniging van rubberproducten in
acht nemen.
kante moeren vasthouden.
kante moeren alsmede telkens drie kunststoffen onderlegplaatjes samen-
schroeven en zó ver aandraaien tot de afstand (x) tussen de
spannnokken 3 tot 0,5 mm bedraagt.
onder de spanframe-indeling liggen.
o
o
C tot 25
2
x
3
C.