7.3 DRIE NIVEAUS:
De stroomtijden worden met de hand ingesteld en
roepen de stromen op.
7.4 VIER NIVEAUS:
Met deze wijze kan de operator een tussen-
stroom invoeren en tijdens het lassen oproepen
Dit symbool betekent dat de toortsknop lan-
ger dan 0,7 seconden ingedrukt gehouden
moet worden om het lassen af te ronden.alda-
tura.
Wanneer de wijzen puntlassen en intermitterend
gekozen worden, wordt een nieuw scherm geopend.
7.5 HANDBEDIEND PUNTLASSEN (2T):
Het lasapparaat bereidt zich automatisch voor op de
ontsteking met hoge frequentie (paragraaf 6)
sen terug te keren en stel de stroom in.
Houd de toortsknop ingedrukt. De boog wordt ontstoken
en automatisch gedoofd als de ingestelde tijd is verstre-
ken.
7.6 6 AUTOMATISCH PUNTLASSEN (4T)
De tijd en stroom worden op dezelfde manier als voor het
puntlassen 2T ingesteld. In dit geval moet de operator de
toortsknop echter indrukken en loslaten en het einde van
de puntlas afwachten
7.7 HANDBEDIEND INTERMITTEREND (2T)
De tijd en stroom worden op dezelfde manier als voor het
puntlassen 2T ingesteld. In dit geval moet de operator de
toortsknop echter indrukken en loslaten en het einde van
de puntlas afwachten
In deze vorm van puntlassen worden werk- en rusttijden
afgewisseld.
Deze vorm wordt met name gebruikt wanneer sierlijke
lassen gemaakt moeten worden zonder dat het werkstuk
vervormd raakt.
8 PULSLASSEN (SECTOR N)
8.1 PULSE
De
puntlastijd
wordt rood
eergegeven.
Druk nu op
de knop B
Stel de punt-
lastijd in en
b e v e s t i g
deze.
Druk
ver volge ns
lang op de
knop
om
naar
het
startscherm
van het las-
Selecteer en
bevestig de
sector N voor
het pulslassen
om de wijze
PULSE ON
(hfdst. 8.1) of
PULSE ON-
XP (hfdst. 8.2)
te openen
Selecteer en
b e v e s t i g
PULSE
ON
om de in-
stelling van
de
pulslas-
parameters
te openen.
147