Elektrische Aansluiting; Montage- En Bedieningsvoorschrift - Wilo TP 50 Serie Instrucciones De Instalación Y Funcionamiento

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 29
NEDERLANDS
kast condensator(en)voorzien. De klemmenkast wordt fa-
brieksmatig compleet bedraad en aan de kabel aangesloten
geleverd.
De draaistroommotoren met vermogens van 0,55 / 0,75kW
moeten worden beveiligd tegen overbelasting met een door de
gebruiker in te bouwen motorbeveiliging.
De „A"-uitvoering wordt tot een grootte P
gesloten vlotterschakelaar en stekker voor aansluiting op het
net geleverd.
Bij éénpompsbedrijf wordt de pomp met de niveauschakelaar
in-(N1) en uitgeschakeld (N0) (afb. 3). Bij dubbelpompsbedrijf
wordt de 2de pomp op een hoger in- en uitschakelniveau (N2)
ingesteld (afb. 4). Bij het bereiken van het maximale niveau in
de pompput geeft nog een andere vlotterschakelaar (NA) alarm.
Bij Ex-bedrijf gebeurt de sturing in één/tweepompsbedrijf over
de overeenkomstige niveaugever van het type 'N' en over het
Wilo-Drain-Control-stuurapparaat.
4.2
Leveringsomvang
– Elke pomp wordt geleverd met 10 m aansluitkabel:
– de draaistroomuitvoering met een vrij kabeluiteinde
– de wisselstroomuitvoering met aangesloten klemmenkast
met condensator(en)
– Speciale lengtes aansluitkabel op aanvraag,
– Uitvoering „A" met aangesloten vlotterschakelaar en stekker
(CEE/randaarde),
– TS40 met geïntegreerde terugslagklep,
– Inbouw- en gebruiksaanwijzing.
4.3
Toebehoren
Afzonderlijk te bestellen toebehoren
– Schakelapparaten voor 1 - of 2 - pompsbedrijf, zonder zowel
als voor Ex-bedrijf, zie catalogus /datablad (afb 3 & 4, pos.5)
– Externe controle-inrichtingen / startschakelaar (afb. 3 & 4,
pos.6)
– Niveauschakelaar
– Niveaugever N (afb. 3, pos.9)
– vlotterschakelaar (afb 3 & 4, pos.8)
– Toebehoren voor vaste natte opstelling
– Toebehoren voor verplaatsbare natte opstelling
u vindt een gedetailleerd overzicht in de actuele catalogus
5 Opstelling/Inbouw
De pompen van de reeks TP en TS zijn geschikt voor de vol-
gende soorten opstellingen:
– vaste natte opstelling
– verplaatsbare natte opstelling.
5.1
Montage
– De pomp moet vorstvrij worden opgesteld.
– De pompput moet voor de plaatsing en het gebruik worden
vrijgemaakt van grotere vaste stukken (bv. bouwafval).
– Inbouwmaten zie catalogus.
– De persleiding moet aangepast zijn aan de nominale aanslu-
itmaat van de pomp.
– Bij vaste natte opstelling van de pompen TP50 en TP65 moe-
ten voetbochten worden gebruikt (afb. 3, pos.4).
– Bij stationaire plaatsing van de pompen TP en TS met de dru-
kleiding (afb. 4) is de pomp zodanig te plaatsen en te beves-
tigen dat:
– bij de pompen TS40 - TS65 de drukleidingsaansluitingen
niet het gewicht van de pomp moeten dragen;
– bij de pompen TP50-TP65 en TS40-TS65 de belasting van
de drukleiding niet op het aansluitpunt van de pomp werkt.
– Bij de vaste natte opstelling moet in de drukleiding (pos.1) een
terugslagklep (pos.2) en een afsluitventiel (pos.3) met de volle
doorgangssectie worden ingebouwd.
20
≤ 1,1 kW met een aan-
2
– Bij dubbelpompstations moeten deze armaturen in de dru-
kleiding over elke pomp worden ingebouwd en via een ver-
zamelleiding worden verbonden (afb 3 & 4, pos.7)
– Bij verplaatsbare natte opstelling is de pomp in de pompput
te beveiligen tegen omvallen en wegschuiven (vb. de ketting
met een lichte voorspanning bevestigen). Bij gebruik in kui-
len, zonder een vaste bodem, moet de pomp op een voldoend
grote plaat worden opgesteld of in een geschikte positie wor-
den opgehangen aan een kabel of een ketting.
– De vlotterschakelaars moeten aan de pomp, de persleiding
of de putwand worden bevestigd zodanig dat ze het niveau
van het water ongehinderd kunnen volgen. Bij het bevestigen
van de onderste vlotterschakelaar moet men opletten , dat de
schakelaar niet in de pomp kan worden gezogen en dat het
minimum toelaatbare waterniveau niet wordt onderschreden.
OBGELET!
– Voor TP-pompen: bij de plaatsing van de aans-
luitingen op de drukzijdige flens moet rekening
worden gehouden met de diepte van de M16-
schroefdraad (afb 6). De diepte is 23 mm. Ma-
ximaal aanhaalmoment 15 Nm (TP 50) 25 Nm
(TP 65). Gebruik de meegeleverde O-ringen.
– De pomp met behulp van een ketting of kabel
ophangen aan de transportbeugel, en nooit
aan een buis- of slangaansluiting.
– Bij het neerlaten van de pomp in de put of de
kuil mag de aansluitkabel niet worden bescha-
digd.
5.2

Elektrische aansluiting

De elektrische aansluiting dient door een plaatselijk
erkende elektro-installateur overeenkomstig de gel-
dende voorschriften te worden uitgevoerd.
– De stroomsoort en de spanning van de netaansluiting moe-
ten overeenkomen met de aanduidingen op het typeplaatje,
– Netzijdige voorzekering: 16 A, traag,
– De pomp aarden volgens de voorschriften,
– Gebruik een foutstroomschakelaar ≤ 30 mA,
– Gebruik van een onderbrekingsinrichting of schakelaar met
contactopeningen van tenminste 3 mm.
– De schakelkast voor de pomp(en) is als toebehoren of door
de opdrachtgever te leveren.
– De aders van de aansluitkabel zijn als volgt aan te sluiten:
Pomp met draaistroommotor (3~400 V):
– Voor draaistroomaansluiting (DM) zijn de aders van het vrije
kabeluiteinde als volgt aan te sluiten:
– Vermogen 1,1 kW tot 2,2 kW
6-aderige aansluitkabel: 6x1,0 Y
Ader-nr.
1
2
Klem
U
V
– Vermogen 0,55 kW en 0,75 kW
4-aderige aansluitkabel: 4x1,0 Y
Fase
L1
Draadkleuren
blauw
Het vrije kabeluiteinde is aan te sluiten op de schakelkast
(zie inbouw- en gebruikshandleiding van de schakelkast).
Pomp met wisselstroommotor (1~230 V):
– Wisselstroomaansluiting (EM): de motor is in de fabriek al
aangesloten op de klemmenkast. De netaansluiting gebeurt
op de klemmen L1, N, PE van het klemmenbord.
– Overeenkomstig DIN EN / IEC 61000-3-11 is de pomp met
een vermogen van 1,5 kW voorzien voor bedrijf op een
3
groen/geel
4
W
PE
WSK WSK
L2
L3
PE
zwart
rood
groen/geel
5

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Tp 65 serieTs 40 serieTs 50 serieTs 65 serie

Tabla de contenido