• Multiprotocol (fx(MM), mfx, DCC en AC/DC)
• Automatische systeem herkenning. Voor het bedienen
dient het in het desbetreffende systeem toegewezen
adres gebruikt te worden.
• De optrek- en afremvertraging kunnen apart van elkaar
ingesteld worden. Via de functiemapping kan elke
gewenste functietoets toegewezen worden.
• Typische geluiden voor diesel- en elektrische locomotie-
ven.
• Variabele motorregeling in digitaal- en ook in analoogbe-
drijf.
• Ondersteuning voor 6090, 60901, DC- en klokanker-
motoren.
• Functiemapping, zie hiervoor het helpbestand in het
Central Station 60213/60214/60215/60216/60226 of de uit-
gebreide tabel voor functiemapping in het internet onder:
www.maerklin.de/de/produkte/tools_downloads/tech-
nische_informationen.html
• Geschikt voor updating met CS2 60213/60214/60215
(softwareversie 4.0 of hoger), CS3 60216/60226 of met
programmer 60791.
• Programming on Main (PoM), deze programmeerwijze
moet door het bedieningsapparaat ondersteund worden.
Lees hiervoor de aanwijzingen in de gebruiksaanwijzing
van uw bedieningsapparaat.
• Instelbare rangeerstand
• Afrem- / stopsectie herkenning in digitaalbedrijf.
• Automatisch inmeten van de locomotief met CV7 (mfx, DCC,
MM).
Decoder inbouwen
Voor het inbouwen van de decoder dient men eerst de
elektrische- en mechanische werking van de locomotief te
controleren en zo nodig te herstellen.
Kap van het model nemen, flexband van de verlichting uit de
stekkerbus trekken of de oranje, gele en grijze draden van
de verlichting los solderen. De vier schroeven van de print
losdraaien.
Voorbeeld: er zijn afwijkingen mogelijk tussen de ver-
schillende modellen.
29