NL
3.1.9 SCHAKELAAR AAN/UIT
Deze schakelaar heeft twee standen: I = AAN - O = UIT.
3.1.10 STOPCONTACT KNOP LASBRANDER
Stopcontact (Ref. 12 - Afb. 1 pag. 3) voor het aansluiten van de knop
van de lasbrander.
3.1.11 AANSLUITSTUK GASUITLAAT
Verbind met dit aansluitstuk (Ref. 13 - Afb. 1 pag. 3) de gasslang
voor de elektrodenhoudende lasbrander en klem ze stevig vast.
3.1.12 AANSLUITING AFSTANDSBEDIENING
(Ref. 16 - Afb. 1 pag. 3) Afstandsbediening (remote control).
Wordt op verzoek geleverd; indien aangesloten kan met de
afstandsbediening de noodzakelijke hoeveelheid stroom op
afstand gevarieerd worden, zonder het lassen te hoeven onderbre-
ken of het werkgebied te verlaten.
ATTENTIE: dit accessoire schakelt de ampèreselectieknop automatisch uit.
3.2
PANEEL ACHTERKANT
Wanneer deze twee aansluitingen niet correct zijn uitgevoerd kan dit tot kracht-
verlies en oververhitting leiden.
Steek in dit aansluitstuk de gasslang afkomstig van de gasfles en klem ze stevig
met een slangbeugel vast.
ALVORENS DE STEKKER IN HET STOPCONTACT TE STEKEN EERST
CONTROLEREN OF DE LIJNSPANNING OVEREENKOMT MET DE
GEWENSTE VOEDING, TENEINDE SCHADE AAN DE GENERATOR TE
VOORKOMEN
4.0 ONDERHOUD
OPGELET:
Haal de stekker uit het stopcontact alvorens onder-
houdswerkzaamheden uit te voeren.
Wanneer het apparaat onder zware omstandigheden werkt moeten de onder-
houdsintervallen verkort worden.
Voer elke drie (3) maanden onderstaande werkzaamheden uit:
a.
Vervang onleesbare etiketten.
b.
Reinig de laskoppen en zet ze stevig vast.
c.
Vervang beschadigde gasslangen.
d.
Repareer of vervang beschadigde voedings- en laskabels.
Voer elke zes (6) maanden onderstaande werkzaamheden uit:
a.
Maak de binnenkant van de generator stofvrij.
b.
Doe dit vaker wanneer de werkomgeving zeer stoffig is.
ONDERHOUD
✍
(NL) 4
NL