Bosch Thermotechnik EMS 2 Manual De Usuario página 129

Verwarmingsondersteuning (
Menupunt Instelbereik
Insch.versch. cv-onderst. 6 ... 20 K
Uitsch.versch.cv-onderst. 3 ... 17 K
Max. mengertemp. verw. 20 ... 60 ... 90 °C
Mengerlooptijd cv. 10 ... 120 ... 600 s De hier ingestelde looptijd bepaalt, hoe lang het duurt om de 3-wegklep of het 3-wegmengventiel om te schakelen van
Tabel 19
Zonne-opbrengst/-optimalisatie
Bruto collectoroppervlakken, collectortype en waarde van de klimaatzo-
ne moeten correct zijn ingesteld, om een zo hoog mogelijke energiebe-
sparing te bereiken en de juiste waarde voor de zonneopbrengst weer te
geven.
Menupunt Instelbereik
Bruto collectoroppervl. 1 0 ... 500 m
Type collectorveld 1 Vlakke collect.
Vacuümbuiscollector Gebruik van vacuümbuiscollectoren in collectorveld 1
Bruto collectoroppervl. 2 0 ... 500 m
Type collectorveld 2 Vlakke collect.
Vacuümbuiscollector Gebruik van vacuümbuiscollectoren in collectorveld 2
Klimaatzone 1 ... 90 ... 255
Min. warmwatertemp. Uit
15 ... 45 ... 70 °C
Zonne-invloed cv-circuit Uit
1 .... 4
– 1 ... – 5 K
Reset zonneopbrengst Ja
Nee
Reset zonneoptimal. Ja
Nee
Insteltemp. Vario-Match- Uit
F.
35 ... 45 ... 60 °C
Glycolgehalte 0 ... 45 ... 50 %
Tabel 20
MS 200
)
Functiebeschrijving
Wanneer het hier ingestelde verschil tussen boilertemperatuur en cv-retour wordt overschreden en aan alle inschakel-
voorwaarden is voldaan, dan is de boiler via de 3-wegklep in de cv-retour voor verwarmingsondersteuning opgenomen.
Wanneer het hier ingestelde verschil tussen boilertemperatuur en cv-retour wordt onderschreden, dan wordt de
boiler via de 3-wegklep voor verwarmingsondersteuning gepasseerd.
De hier ingestelde temperatuur is de maximaal toegestane temperatuur in de cv-retour, die via verwarmingsonder-
steuning mag worden bereikt.
"Boiler volledig in cv-retour opgenomen" naar "Bypass voor de boiler" of omgekeerd.
Functiebeschrijving
2
Met deze functie kan het in collectorveld 1 geïnstalleerde oppervlak worden ingesteld. De zonneopbrengst wordt
alleen getoond, wanneer een oppervlak >0 m
Gebruik van vlakke collectoren in collectorveld 1
2
Met deze functie kan het in collectorveld 2 geïnstalleerde oppervlak worden ingesteld. De zonneopbrengst wordt
getoond, wanneer een oppervlak > 0 m
Gebruik van vlakke collectoren in collectorveld 2
Klimaatzone van de installatieplaats conform de kaart ( afb. 42, pagina 188).
▶ Zoek de locatie van de installatie op in de kaart met de klimaatzones en stel de waarde van de klimaatzone in.
Warmwateropwarming door de ketel onafhankelijk van de minimale warmwatertemperatuur
De regeling registreert, of een zonneenergierendement aanwezig is en of de opgeslagen warmtehoeveelheid vol-
doende is voor de warmwatervoorziening. Afhankelijk van deze beide grootheden verlaagt de regeling de gewenste
warmwatertemperatuur die door de ketel moet worden gegenereerd. Bij voldoende zonneopbrengst komt zo het bij-
verwarmen met de ketel te vervallen. Wanneer de hier ingestelde temperatuur niet wordt bereikt, dan volgt opwar-
men van warm water door de ketel.
Zonne-invloed uitgeschakeld.
Zonne-invloed op de kamerstreeftemperatuur: bij een hoge waarde wordt de aanvoertemperatuur van de stooklijn
overeenkomstig verlaagd, om een grotere passieve zonneenergieopbrengst door de vensters van het gebouw moge-
lijk te maken. Tegelijkertijd wordt daardoor het pendelen van de temperatuur in het gebouw verminderd en het com-
fort verbeterd.
• Zonne-invloed cv-circuit verhogen ( – 5 K = max. invloed), wanneer het cv-circuit ruimten verwarmt, die grote
vensteroppervlakken gericht op het zuiden hebben.
• Verhoog de zonneinvloed cv-circuit niet, wanneer het cv-circuit ruimten verwarmt, die kleine vensteroppervlak-
ken gericht op het noorden hebben.
Zonneopbrengst op nul terugzetten.
Reset de kalibratie van de zonneoptimalisatie en start opnieuw. De instellingen onder zonneopbrengst/-optimalisatie
blijven ongewijzigd.
Regeling op een constant temperatuurverschil tussen collector en boiler (Match Flow).
Match-Flow (alleen in combinatie met toerentalregeling) is bedoeld voor het snel opwarmen van de boilerkop tot
bijvoorbeeld 45 °C om naverwarmen van het drinkwater door de warmtebron te voorkomen.
Voor een correcte werking van de warmtehoeveelheidsmeter moet het glycolgehalte van de koelvloeistof worden
ingevoerd (alleen met Warmtetelling (L)).
Bij de weergave van de zonneopbrengst betreft het een
berekende inschatting van de opbrengst. Wanneer de
functie warmtehoeveelheidsmeter (L) actief is, worden
gemeten waarden getoond.
2
is ingesteld.
2
is ingesteld.
Inbedrijfname | 129
6 720 815 257 (2014/10)