Resultaat van de weging
In het voorbeeld zijn de volgende waarden ingevoerd als referen-
tiepunten L
en H
:
d
d
L
: mA
= 6 mA, Q
d
min.
select mA min.
H
: mA
= 16 mA, Q
d
max.
select mA max.
De grafiek voor de stroomingang/uitgang snijdt nu
Q = 0 bij < 6 mA, van Q = 10 l/h bij 6 mA tot Q = 40 l/h bij 16 mA
en door Q = 40 l/h bij > 16 mA (grafiek 1d).
Op dezelfde wijze is het mogelijk om een huidige weging met een
negatieve helling in te voeren. Om dit te doen, moet het waarde-
paar voor referentiepunt L eerst worden ingevoerd met de klei-
nere mA waarde, gevolgd door referentiepunt H.
In het voorbeeld zijn de volgende waarden ingevoerd als referen-
tiepunten L
en H
:
e
e
L
: mA
= 2 mA, Q
e
min.
select mA min.
H
: mA
= 16 mA, Q
e
max.
select mA max.
De grafiek voor de stroomingang/uitgang snijdt nu
Q = 0 bij < 2 mA, van Q = 60 l/h bij 2 mA tot Q = 10 l/h bij 16 mA
en door Q = 10 l/h bij > 16 mA (grafiek 1e).
Q
Q [l/h]
Q
select mA min. e
select mA min. e
50 l/h
40 l/h
30 l/h
Q
20 l/h
select mA min. d
Q
select mA min. d
10 l/h
0
0 mA
4 mA
8 mA
Afb. 40 Resultaat van de weging
De maximale doorstroming van de pomp mag niet
N.B.
worden overschreden!
Noteer de ingestelde weging in het volgende schema voor
stroomingang/stroomuitgang:
1. Label de Q [l/h] as voor uw werkgebied.
2. Markeer uw referentiepunten met de waardeparen:
L: mA
/ Q
en
min.
select mA min.
H: mA
/ Q
in de grafiek.
max.
select mA max.
3. Teken de grafiek als een lijn van L naar H, verticaal van
Q
naar de mA as, en horizontaal van
select mA min.
Q
tot de rand van het diagram.
select mA max.
L: Q
L: Q
select mA min.
H: Q
H: Q
select mA max.
Q
Q
cal
kal
Q [l/h]
Q [l/h]
0
0 mA
4 mA
8 mA
Afb. 41 Diagram voor stroomingang/stroomuitgang
278
= 10 l/h
= 40 l/h.
= 60 l/h
= 10 l/h.
Q
select mA max. d
Q
select mA max. d
1d
1e
Q
select mA max. e
Q
select mA max. e
12 mA
16 mA
20 mA
I
[mA]
I
[mA]
in
in
____/____ mA
= ____ / ____mA
select mA min.
min.
min.
____/____ mA
= ____ / ____mA
max.
select mA max.
max.
12 mA
16 mA
20 mA
I
[mA]
I
[mA]
in/uit
in/out
9.10 Flow Monitor
9.10.1 Opmerkingen bij bepaalde toepassingen
Doseren van ontgassende media (H
bleekmiddelen)
•
Stel voor een goede werking het aantal toegestane foutslagen
in op een waarde groter dan 10.
Dosering van een antikalk middel (viscositeit groter dan
20 mPa s)
•
Gebruik veerbelaste ventielen voor visceuze media.
•
Raadpleeg ook paragraaf
1.3.10 Doseermedium
ren van visceuze media.
Doseren van visceuze media
•
Voor media met een viscositeit groter dan 20 mPa s, worden
veerbelaste zuig- en persventielen aanbevolen.
Voor batch of timerbedrijf
•
Stel het aantal toegestane foutslagen in op een waarde die
lager is dan het aantal werkslagen.
•
Indien, wanneer de pomp is gestopt, de druk in de persleiding
daalt tot onder de minimale druk van 2 bar (bijv. in geval van
een lekkage in de veerbelaste klep), verhoog dan het aantal
toegestane foutslagen dusdanig dan onnodige foutmeldingen
worden voorkomen.
Waarborgen van de tegendruk door een veerbelaste klep:
•
Controleer de tegendruk 2 tot 3 weken na het opstarten.
– Wanneer deze onder de 2 bar is, moet de veerbelaste klep
worden bijgesteld.
– Wanneer de volumedoorstroming niet constant is (zoals bij-
voorbeeld in geval van contact- of analoge regeling), dan
moeten zelfs kleine volumedoorstromingen niet dalen tot
onder de minimum druk of het minimale drukverschil van
2 bar.
9.10.2 Instellen van de Flow Monitor
Om de druksensor (indien geïnstalleerd) te laten fungeren als
een doseerregelaar, moet de doseerbesturing worden ingescha-
keld.
Om er voor te zorgen dat de pomp uitschakelt in geval van over-
druk en om de uitschakeldruk van de pomp in te stellen, moet de
drukbesturingsfunctie zijn ingeschakeld en ingesteld.
Wanneer er geen druksensor is aangesloten, bepaalt de pomp de
druk op basis van de motorstroom.
Voor toepassingen met hoge vereisten t.a.v. de
N.B.
nauwkeurigheid, moet de drukbesturingsfunctie wor-
den gebruikt met een druksensor.
Inschakelen van de doseerbesturing
Menu item "flow" is open.
– "flow OFF" verschijnt in het display.
1. Druk op de "Omhoog" knop.
– "flow ON" verschijnt in het display.
– De doseerbesturing is geactiveerd.
Inschakelen van de drukbesturingsfunctie
Dit menu-item verschijnt alleen wanneer de druksen-
N.B.
sor reeds eenmaal is gedetecteerd.
1. Druk op de "Menu/Info" knop.
– Menu-item "P" is open.
– "P:OFF" verschijnt in het display.
2. Druk op de "Omhoog" knop.
– "P:ON" verschijnt in het display.
– De drukbesturingsfunctie is geactiveerd.
O
, chloor houdende
2
2
bij het dose-