Alvorens een besmette ruimte te betreden is het een goede gewoonte om te controleren of het gelaatstuk luchtdicht
op het gelaat aansluit en of het uitademventiel geen lucht binnenlaat. Zet het masker op, sluit de aansluitgroep met
een handpalm en adem dan diep in (foto 5). Het masker moet zich een weinig ver‐ vormen en sterker aan het gelaat
hechten. Er moet geen lucht van buiten af in het masker dringen. Als u merkt dat er lucht in het masker binnendringt,
dan moet u onmiddellijk naar de plek van de lekkage zoeken en deze verhelpen. Nadat de luchtdichtheidstest
doorstaan is, mag u het masker aansluiten op een filter of op een ademhalingsapparaat en kunt u in alle veiligheid aan
het werk gaan.
Voor het gebruik van de TR 2002 CL2, TR 2002 CL3 en TR 2002 S CL3 met een DUPLA adapter:
Het masker moet zich een weinig vervormen en sterker aan het gelaat hechten. Er moet geen lucht van buiten af in
het masker dringen. Als u merkt dat er lucht in het masker binnendringt, dan moet u onmiddel‐ lijk naar de plek van
de lekkage zoeken en deze verhelpen.
5. ONDERDELEN AFMONTEREN EN VERVANGEN
Hieronder volgen enkele routine onderhoudswerkzaamheden die rechtstreeks door de gebruiker kunnen worden
uitgevoerd.
5.1. DUPLA Adapter (Alleen met de TR 2002 CL2,TR 2002 CL3 en TR 2002 S CL3)
Verwijder de dekseltjes van de aansluitgroep door met geschikt gereedschap tegen de bevestiging‐ standjes te
duwen en deze uit elkaar te schuiven.
Tegen de klok in draaien en de adapter van de aansluitgroep afmonteren.
5.1.1. Inademventiel en dichting/ventielhouder van de aansluitgroep.
Neem de rubber dichting/ ventielhouder op de bodem van de aansluitgroep uit. De inademmembraan is nu eenvoudig
bereikbaar en te verwijderen. Pas er bij het terugmonteren op dat de membraan goed aan het speciale asje wordt
geregen. Plaats vervolgens de dichting/ventielhouder terug op de bodem van de aansluitgroep, en wel zodanig dat hij
de membraan op zijn plaats houdt, en verzeker u ervan dat het gehele oppervlak van de membraan ongehinderd kan
bewegen.
LET OP: Volgbij het terugmonteren van de dichting/ventielhouder de instructies van de tekening en con‐ troleer of u
het geschikte type voor het model masker gebruikt, want er bestaan twee types dichtingen die erg op elkaar lijken
maar die verschillende afmetingen hebben.
5.1.2. Uitademventiel
TR 2002 CL2, TR 2002 S CL3 en TR 2002 CL3
De membraan is zeer eenvoudig te vervangen door het onderdekseltje dat de aansluitgroep op zijn plaats houdt te
verwijderen n het ventiel uit zijn zitting te nemen. Bij het terugmonteren moet de membraan aan het speciale steeltje
worden geregen.
TR 2002 A CL2, TR 2002 A CL3 en TR 2002 S A CL3
Verwijder het dekseltje dat de aansluitgroep op zijn plaats houdt.
Neem de brug die de ventielgroep op zijn plaats houdt uit met behulp van een tang.
Neem de overdrukgroep uit zijn zitting.
Neem de uitademmembraan van het steeltje af en verwijder, als dat nodig is, ook het steeltje door dit vanuit de
binnenkant van het gelaatsstuk uit zijn zitting te duwen.
Handel andersom om de groep terug te monteren.
TR 2002 BN CL2, TR 2002 BN CL3 en TR 2002 S BN CL3
Verwijder het dekseltje dat de opening blokkeert. Haal de klephouder van zijn zitting door het blokkeer‐ hendeltje
weg te duwen, daarna het pennetje en de veer, die automatisch de druk regelen.
Neem de overdrukgroep uit zijn zitting.
Neem de uitademmembraan van het steeltje af en verwijder, als dat nodig is, ook het steeltje door dit vanuit de
binnenkant an het gelaatsstuk uit zijn zitting te duwen.
Handel andersom om de groep terug te monteren. Bij het terugmonteren van het asje en de veer, is het raadzaam om
eerst de veer in het asje te steken en vervolgens het asje in zijn zitting op het dekseltje te steken, waarbij het asje
opgetild wordt gehouden, en daarna de twee helften van het dekseltje weer vast te maken. Controleer altijd of het
asje onbelemmerd kan bewegen.
5.1.3. Uitademventielhouder
De uitademventielhouder kan uit elkaar worden genomen en vervangen. Om dat te doen, druk op veer (4) die de
ventielhouder opzijn plaats houdt en neem deze uit. Neem dan vervolgens de ventielhouder (6) en de OR (5) uit.Voor
montage volg de omgekeerde volgorde.
5.2. Binnenmasker
Verwijder het binnenmasker door het aan de rand los te maken van de aansluitgroep. Terugplaatsen in de speciale
zitting in het lichaam van de Aansluitgroep‐Ventielen‐Spreekinstallatie.
De twee ventielen van het binnenmasker zijn te vervangen nadat de complete membraan‐ en ventielhou‐ dergroep is
uitgenomen.
5.3. Bänderung
HoofdbandenstelHet hoofdbandenstel kan eenvoudig worden verwijderd door de banden los te maken van de gespen.De
frontale gesp kan worden verwijderd door de kleine borgingspin opzij te schuiven, de andere vier gespen kunnen worden
verwijderd door de borginspinnetjes eruit te drukken.Om het hoofdbandenstel opnieuw te bevestigen dient ieder uiteinde
van de banden in de betreffende gesp te worden gevoerd, met de geribbelde kant naar binnen gericht.
20