AFSTANDSBEDIENING (J1)
De afstandsbediening dient bevestigd te worden aan het stuur en heeft 2 toetsen en een joystick die u in alle richtingen
kunt bewegen. De afstandsbediening en zijn functionaliteit zijn ontworpen om de toegang tot uw mobiele telefoon zo
eenvoudig en duidelijk mogelijk te maken. De verbinding tussen de afstandsbediening en de ontvanger in het scherm
verloopt via een infrarood kanaal.
De afstandsbediening kan aan de linker- of rechterzijde van het stuur bevestigd worden (zie hoofdstuk "Installatie").
Bij het Omhoog, Omlaag, Links of
Rechts drukken van de toets:
-
Navigeert u in het Menu.
Bij het ingedrukt houden van de
Omhoog, Omlaag, Links of Rechts
toets:
-
Doorloopt u snel de lijsten.
Bij het drukken van de Centrale toets:
-
Opent u het Menu.
-
OK toets.
Bij het drukken:
-
Ontvangt u een oproep.
MICROFOON (M1)
De microfoon werd speciaal ontwikkeld voor gebruik in de wagen. De locatie van de microfoon heeft een belangrijke
invloed op de akoestische kwaliteit (Voor een aanbeveling van een locatie voor de microfoon, zie hoofdstuk "Installa-
tie").
De microfoon bevat een toets waarmee u de gevoeligheid van het geluid kunt aanpassen. Druk op de toets van de
microfoon om het volume voor de persoon aan de andere kant van de lijn te verhogen.
...............................................................................................................................................................................
Bij het drukken:
-
Beëindigt u een oproep.
-
Keert u terug naar het vorige ni-
veau in het menu.
-
Verwijdert u ingevoerde
gegevens.
Bij het ingedrukt houden:
-
Keert u terug naar Stand-by po-
sitie.
NL - 5