6
Laat de spuitopeningen en contactpunten helemaal opdrogen.
7
Plaats de inktcartridge weer terug. Zie "Inktcartridge installeren" op
pagina 32.
8
Voer het hulpprogramma voor het reinigen van inktcartridges uit. Zie
"Spuitopeningen reinigen" op pagina 34.
9
Druk de foto opnieuw af.
42