START
•
Maak wanneer de kuip helemaal leeg is de machine schoon zoals beschreven in het hoofdstuk
"Onderhoud".
•
Zet altijd de machine uit wanneer de aquastop wordt verwijderd.
Als de machine is uitgerust met een interne waterontharder (op verzoek beschikbaar), moet om de
ontharder weer goed te laten werken regelmatig de harsionenuitwisseling worden geregenereerd.
Het aantal cycli tussen de ene regeneratie en de andere wordt vastgesteld op grond van de
hardheid van het water volgens de volgende tabel.
dH
F
N° Cycli
6,0
10
153
6,5
11
147
7,0
12
140
7,5
13
133
8,0
14
127
8,5
15
120
9,0
16
113
•
Het wordt aangeraden de regeneratie tijdens werkpauzes uit te voeren,
•
Zet de machine uit zoals aangegeven in de paragraaf "Machine uitzetten".
•
Laat de machine leeglopen zoals aangegeven in de paragraaf "Machine leeg laten lopen".
•
Maak de machine schoon zoals aangegeven in het hoofdstuk "Onderhoud". Zet na het
schoonmaken de kraan van de watertoevoer weer open en schakel de hoofdschakelaar van de
stroomtoevoer in.
HANDLEIDING VOOR AFWASMACHINES
1. Zet de machine uit zoals aangegeven in de paragraaf
2. Haal de aquastop eruit: wacht tot de kuip helemaal
1. Zet de machine uit zoals aangegeven in de paragraaf
2. Haal het de aquastop eruit en sluit de deur.
3. Druk op de hiernaast aangegeven knop van de
4. Bij machines zonder knop voor de afvoerpomp moet de
5. Haal de aquastop eruit en sluit de deur.
6. Druk op de hiernaast aangegeven knop "start / cyclus
dH
F
N° Cycli
9,5
17
107
10,0
18
100
10,5
19
93
11,0
20
87
12,0
21
83
12,5
22
80
13,0
23
77
4.6 Machine leeg laten lopen
4.6.1
"Machine uitzetten" hierboven.
leeg is.
4.6.2
"Machine uitzetten" hierboven.
"afvoerpomp" om water af te voeren.
machine uit worden gezet zoals aangegeven in de
paragraaf "Machine uitzetten".
beginnen" om water af te voeren.
dH
F
N° Cycli
13,5
24
14,0
25
14,5
26
15,0
27
15,5
28
16,0
29
17,0
30
Machines zonder afvoerpomp
Machine met afvoerpomp
4.7 Regenereersysteem
dH
F
73
17,5
31
70
18,0
32
67
18,5
33
63
19,0
34
60
19,5
35
57
53
Pag. 7 van 12
NL
N° Cycli
52
50
48
47
43