Definities En Pictogrammen - Tractel ET10 Manual De Empleo Y De Mantenimiento

1. Belangrijke eigenschappen
1. De HT/ET harnassen bezitten een element van het
valstopsysteem, de harnassen HT R bezitten een element
van het valstopsysteem dat bij reddingswerkzaamheden
kan worden gebruikt. Ze zijn conform de norm(en) EN 361 /
EN 1497, die aan CE-positioneringsgordels ge koppeld
kunnen worden, conform de norm EN 358. Deze twee
uitrustingstypes mogen slecht door één enkele persoon
gebruikt worden die daarvoor opgeleid en/of bevoegd is of
door een operator die onder rechtstreeks toezicht van die
persoon staat.
2. Vóór elk gebruik van een HT/ET-harnas is het absoluut
NL
noodzakelijk voor de gebruiksveiligheid en de doeltreffend-
heid van het materiaal dat de gebruiker de in de door
Tractel SAS. Deze gebruiksaanwijzing dient samen met elk
®
systeem of samenstellend onderdeel geleverd en bewaard
te worden en dient ter beschikking van elke gebruiker
te worden opgeborgen. Men dient eerst een test op een
veilige plaats uit te voeren om de ophanging te controleren
en te verzekeren dat het harnas goed afgesteld is en een
voldoende comfort verstrekt voor het gebruik waarvoor het
bestemd is.
3. Alvorens dit veiligheidsmateriaal te gebruiken, is het
noodzakelijk eerst een aangepaste opleiding aangaande
het gebruik ervan gevolgd te hebben. Controleer de staat
van de bijbehorende uitrustingen en verzeker u ervan dat
de hefhoogte voldoende is.
4. Indien een harnas niet in een schijnbaar goede staat
verkeert, dient het te worden gecontroleerd door Tractel
SAS of door een erkende en bevoegde technicus die
schriftelijk toestemming dient te geven om het harnas
opnieuw te gebruiken. Een visuele controle vóór elk gebruik
wordt aanbevolen.
5. Wijzigingen of toevoeging aan de uitrusting is alleen
toegestaan na schriftelijke en voorafgaandelijke goed-
keuring van Tractel
oorspronkelijke verpakking getransporteerd en opgeslagen
te worden.
6. Ieder harnas dat de afgelopen 12 maanden geen periodieke
inspectie heeft ondergaan, mag niet worden gebruikt. Het
mag pas gebruikt worden nadat er opnieuw een periodieke
inspectie is gemaakt door een bevoegde en bekwame
technicus die schriftelijk toestemming zal geven voor
het gebruik ervan. Wanneer deze inspecties niet worden
uitgevoerd, dient het harnas vernieuwd te worden en dient
het oude harnas vernietigd te worden. Wanneer deze een
val heeft opgevangen dient deze vervangen te worden door
een nieuw harnas en dient het oude harnas vernietigd te
worden.
7. De maximale gebruikslast voor de harnassen HT/ET en de
CE-positioneringsgordels bedraagt 150 kg.
8. Indien de massa van de gebruiker plus de massa van
zijn uitrusting en zijn gereedschap tussen 100 kg en
150 kg ligt, dient te worden verzekerd dat deze totale
massa (gebruiker + uitrusting + gereedschap) de maximale
gebruikslast van elk van de elementen die deel uitmaken
van het valbeveiligingssysteem, niet overschrijdt.
9. Deze uitrusting is geschikt voor een gebruik op een werf
in open lucht en voor een bepaalde temperatuur tussen
-35°C en +60°C. Vermijd elk contact met scherpe kanten,
schurende oppervlakken, chemische producten.
10. Belangrijk: als u het materiaal aan een werknemer of aan een
gelijkwaardig individu dient toe te vertrouwen, respecteer
dan verplicht de van kracht zijnde arbeidsreglementeringen.
18
S.A.S. De uitrusting dient in zijn
®
11. De operator dient tijdens het gebruik van deze uitrusting
in goede gezondheid te verkeren, zowel lichamelijk als
mentaal. Raadpleeg bij twijfel uw arts of de bedrijfsarts. Mag
niet door zwangere vrouwen gebruikt worden.
12. De uitrusting mag niet gebruikt worden buiten haar
toepassingsgebieden, of in alle andere situaties waarvoor de
uitrusting niet bestemd is: zie "4. Functies en omschrijving".
13. Het is aan te raden om elke operator een eigen uitrusting toe
te wijzen, vooral indien het om werknemend personeel gaat.
14. Voordat men een valbeveiligingssysteem EN 363 gebruikt,
moet de gebruiker ervoor zorgen dat alle samenstellende
onderdelen in goede bedrijfsstaat verkeren: veiligheids-
systeem, vergrendeling. Bij het aanbrengen, mag er geen
enkele beschadiging van de veiligheidsfuncties zijn.
15. Bij een valbeveiligingssysteem is het belangrijk de vrije
ruimte onder de operator op de werkplaats te controleren
vóór elk gebruik, om in geval van een val elk risico op
aanraking met de grond of met een obstakel op het traject
van de val te vermijden.
Afbeelding 4.c, bladzijde 5.
4 h1 moet een afstand van 0 m tot 1.5 m bedragen.
4 h2 moet minstens gelijk zijn aan 1 m.
4 t is de minimale vrije hoogte onder de voeten van de
operator.
Dit varieert naar gelang het type valbeveiligingssysteem dat
aan het harnas gekoppeld is:
• Voor een blocfor™, t = minimum 3 m.
• Voor een stopfor™, t = minimum 4 m.
• Voor een leiriem met energieabsorber, t = minimum 6 m.
®
• Voor een stopcable™ (EN 353-1), t = minimum 2 m.
• Voor een stopcable™ (EN 353-2), t = minimum 4 m.
16. Het is noodzakelijk het harnas te onderhouden en op te
bergen conform de instructies van de handleiding. Het niet
respecteren van de paragraaf Onderhoud en Opslag kan de
levensduur van het harnas op een zeer negatieve manier
beïnvloeden.
17. Voor de veiligheid van de operator is het essentieel dat het
harnas of het verankeringspunt correct gepositioneerd is
en dat het werk zodanig wordt uitgevoerd dat het risico op
vallen en de hoogte zo klein mogelijk zijn.
18. Voor de veiligheid van de operator, indien het product buiten
het eerste land van bestemming wordt verkocht, dient
de verkoper de volgende elementen te verschaffen: een
gebruiksaanwijzing, instructies voor het onderhoud, voor
periodieke controles en herstellingen, opgesteld in de taal
van het land van gebruik van het product.
Aarzel niet contact op te nemen
met TRACTEL

2. Definities en pictogrammen

2.1 Definities
"Gebruiker": Persoon of dienst verantwoordelijk voor het
beheer en de gebruiksveiligheid van het in deze handleiding
beschreven product.
"Technicus": Bevoegd persoon, belast met de onderhouds-
werkzaamheden die in deze handleiding worden beschreven
en aan de gebruiker toegestaan, die het product kent en ermee
kan werken.
"Operator": Persoon die gebruik maakt van het product volgens
de gebruiksnormen ervan.
OPMERKING
voor speciale toepassingen.
®