6 Inbedrijfstelling
6.2
Soepele werking van de pomp controleren
Als de pomp voor een lange tijd heeft stilgestaan, moet in
uitgeschakelde en spanningsvrije toestand gecontroleerd worden of
deze nog soepel werkt.
– of –
6.3
Inhangtegenstroominstallatie inschakelen
Voorwaarden:
Beschadiging van de pomp door droogloop!
4. Inhangtegenstroominstallatie inschakelen.
Als de pomp van de inhangtegenstroominstallatie een
draaistroommotor heeft en deze in de verkeerde richting draait, maakt
de inhangtegenstroominstallatie meer geluid en is de capaciteit lager.
5. Bij draaistroommotoren: erop letten dat de motor in de richting van
6. De toestand van de mechanical seal controleren.
116 NL
VG 766.2330.061
Schroevendraaier in het schild van het motoraseinde
(ventilatorzijde) steken en doordraaien.
Als er geen schild is aan het motoraseinde: de ventilatorkap
verwijderen en de ventilatorwaaier handmatig in de draairichting van
de motor draaien.
Installatie is met water gevuld
Kap opgezet
De pomp en zuigleiding ontluchten.
de pijl draait (zie sticker). Een foutieve draairichting melden aan een
elektricien. Controle op basis van de draairichtingpijl op de
ventilatorkap. Door het kort bedienen van de automatische
beveiligingsschakelaar is dit ook zonder geplaatste kap mogelijk.
05/2013