Hetgeen in dit hoofdstuk uiteengezet wordt, is van vitaal
belang en dus noodzakelijk voor de garantie. Als de gebrui-
ker zich hier niet aan houdt, kan de fabrikant niet aanspra-
kelijk gesteld worden.
4.0 VOORSTELLEN VAN DE MACHINE
Deze generatoren zijn speciaal voor het MMA lassen gemaakt.
De innovatieve inverter technologie biedt prestaties van hoog
niveau met gering stroomverbruik.
Op de generator bevinden zich:
- een positieve (+) en een negatieve (-) klem;
- een voorpaneel;
- een regelpaneel achteraan.
4.1 Regelpaneel vooraan
*
Verklikkerlamp voor de netspanning groene led.
Gaat aan als de startschakelaar "I1" op het achterpaneel
(schema 2) in de stand "I" staat. Deze lamp geeft aan dat de
installatie is ingeschakeld en onder spanning staat.
*
L2: Verklikkerlamp voor werking beveiliging gele led.
Geeft aan dat een beveiliging, thermisch relais over- of onder-
spanning van het net gefunctioneerd heeft. Met "L2" aan blijft
de generator ingeschakeld op het net maar hij levert geen uit-
gangsvermogen. "L2" blijft branden totdat de normale wer-
komstandigheden weer hersteld zijn.
*
P1: Potentiometer voor instelling van de lasstroom.
Om de lasstroom voortdurend te kunnen afstellen. Deze
stroom blijft stabiel tijdens het lassen tot zolang de variaties
van de voeding en van het lassen binnen de toegelaten gren-
swaarden blijven.
Bij MMA lassen zorgen de HOT-START en de ARC-FORCE
voorzieningen ervoor dat de gemiddelde uitgangstroom hoger
kan zijn dan de geprogrammeerde.
Schema 1
42
4.2 Achterpaneel
*
I1 : Startschakelaar
Schakelt de netspanning aan. Deze schakelaar heeft twee
standen "O" uit, "I" in.
WAARSCHUWING
* Met "I1" in stand "I" is het lasapparaat operationeel. Er is
spanning tussen de positieve (+) en de negatieve (-) uit-
gangsklemmen.
* Het lastoestel blijft op het net aangesloten zelfs als schake-
laar "I1" in de stand "O" staat zodat bepaalde onderdelen
binnenin onder spanning staan. Volg nauwkeurig de
instructies uit de handleiding.
*
1 : Voedingskabel.
*
2 : Ventilatiegleuven. Zorg ervoor dat deze altijd vrij blijven.
Schema 2
4.3 Technische karakteristieken
RAIDER 112
Netspanning
1x115V / 230V
(50/60 Hz)
± 15%
Maximum opgenomen
vermogen (x=20%)
2.76 kW
Maximum opgenomen
stroom
33.3A / 18.7A
Opgenomen stroom
(x=100%)
18.9A / 10.1A
Opgenomen stroom
met elektrode
12.5A / 8.46A
2.50 (80 A)
(x=25%)
Opgenomen stroom
met elektrode
3.25 (110 A x=40%)
/
Rendement (x=100%)
0.80
Vermogen factor
(x=100%)
0.661 / 0.586
Cosϕ
0.99
Lasstroom
(x=20%)
85A
(x=60%)
70A
(x=100%)
50A
Regelbereik
10-85A
Nullastspanning
105V
Graad van beveiliging
IP21S
Klasse voor de isolatie
H
Constructienormen
EN60974-1
EN60974-10
Afmetingen (bxdxh)
128x315x242mm 128x315x242mm 128x315x242mm
Gewicht
4.7Kg
Gegevens geldig bij een omgevingstemperatuur van 25°C
RAIDER 142
RAIDER 162
1x230V
1x230V
± 15%
± 15%
4.48 kW (x=25%) 5.49 kW (Io =150A)
28.6A
34.4A (Io =150A)
13.4A
17.8A
10.4A
12.1A
(x=40%)
(X=40%)
14.7A
14.6A
0.80
0.78
0.635
0.665
0.99
0.99
130A (x=25%)
150A
90A
100A
70A
90A
10-130A
10-160A
105V
105V
IP21S
IP21S
H
H
EN60974-1
EN60974-1
EN60974-10
EN60974-10
4.7Kg
4.7Kg