7. Basisinstellingen
7-1. Instellen van de hoofdbedieningseenheid
Het is noodzakelijk om basisinstellingen in te voeren. De basisinstellingen zijn de volgende:
7-1-1.
Groepsinstellingen
7-1-2.
Aaneengekoppelde instelling
Om deze handelingen te verrichten, moeten eerst alle basisinstellingen op het scherm van de
afstandsbedieningseenheid worden opgeroepen.
1 Het volgende verschijnt op de display wanneer de afstandsbedieningseenheid wordt ingeschakeld.
(i) Als de instellingsinformatie van de groep niet geregistreerd is:
CENTRALLY CONTROLLED
CHECK
ADDRESS
ON
˚C
COLLECTIVE
GROUP
(ii) Het volgende verschijnt op de display wanneer er al instellingsinformatie over de groep is.
CENTRALLY CONTROLLED
CHECK
ADDRESS
ON
˚C
COLLECTIVE
GROUP
CENTRALLY CONTROLLED
CHECK
ADDRESS
ON
˚C
COLLECTIVE
GROUP
2 Tonen van het scherm met de basisinstellingsmodus.
Wanneer 1 (i) [H0] in het scherm van de afstandsbedieningseenheid knippert of wanneer het
bedieningsscherm voor de gebruiker 1 (ii) wordt getoond, drukt u tegelijkertijd op de schakelaars
voor het resetten van het FILTER-teken en de
twee seconden). Doe dit nadat u de airconditioners voor de gehele groep heeft uitgezet met de
gezamenlijke AAN/UIT-schakelaar in het bedieningsscherm voor de gebruiker 1 (ii).
Schakelbedieningen zijn niet mogelijk wanneer de
timerschakelaar en verricht de normale bedieningen wanneer de
CENTRALLY CONTROLLED
CHECK
ADDRESS
ON
˚C
COLLECTIVE
GROUP
Scherm basisinstellingsmodus
Voer handelingen 7-1-1 tot en met 7-1-4 uit wanneer de bovenstaande status eenmaal is bereikt.
ON/OFF
˚C
OFF
GROUP
FILTER
CHECK MODE
TEST RUN
NOT AVAILABLE
ON/OFF
˚C
OFF
GROUP
FILTER
CHECK MODE
TEST RUN
NOT AVAILABLE
˚C
OFF
GROUP
FILTER
CHECK MODE
TEST RUN
NOT AVAILABLE
ON/OFF
˚C
OFF
GROUP
FILTER
CHECK MODE
TEST RUN
NOT AVAILABLE
7-1-3.
Annuleren van basisinstellingen
7-1-4.
Gezamenlijke verwijdering
[H0] verschijnt in het displaygebied kamertemperatuur en
de algemene statuslamp knippert.
[H1] knippert in het displaygebied kamertemperatuur
tijdens de opstartcommunicatie van het systeem.
Het bedieningsscherm voor de gebruiker verschijnt
wanneer de opstartcommunicatie van het systeem is
voltooid.
horizontale luchtstroom (gedurende tenminste
-display verlicht is. Druk op de
externe
-display niet meer verschijnt.
91