5 Registreren van aaneengekoppelde eenheden
(1) Druk op de TEST RUN-schakelaar zoals uitgelegd in 4, om de aaneengekoppelde eenheid in de
groep te registreren.
• Het volgende wordt getoond indien de registratie goed is verlopen.
CENTRALLY CONTROLLED
CHECK
ADDRESS
˚C
COLLECTIVE
GROUP
CENTRALLY CONTROLLED
CHECK
ADDRESS
˚C
COLLECTIVE
GROUP
[
] knippert naast het eenheidstype indien de registratie niet goed is verlopen.
(2) Registreren van andere eenheden
• Selecteer andere groepen met de
• Selecteer het binnenapparaat waar de aaneengekoppelde apparatuur moet worden geregistreerd
met de
• Selecteer de andere aaneengekoppelde eenheid met de
timerschakelaar.
Door bovenstaande procedure uit te voeren zal het keuzescherm van het adresnummer van de
aaneengekoppelde eenheid, getoond onder 4, in de display verschijnen zodat andere aaneen-
gekoppelde eenheden kunnen worden ingesteld.
6 Verwijderen van aaneengekoppelde eenheden
Verwijdert de aaneengekoppelde instellingen voor binnenapparaten en aaneengekoppelde eenheden.
(1) Roep het scherm op na de instelling van de aaneengekoppelde eenheid of het oproepscherm voor
de aaneengekoppelde eenheid.
CENTRALLY CONTROLLED
CHECK
ADDRESS
˚C
COLLECTIVE
GROUP
CENTRALLY CONTROLLED
CHECK
ADDRESS
˚C
COLLECTIVE
GROUP
98
˚C
ON
OFF
GROUP
FILTER
CHECK MODE
TEST RUN
NOT AVAILABLE
˚C
ON
OFF
GROUP
FILTER
CHECK MODE
TEST RUN
NOT AVAILABLE
schakelaar voor bedieningsmodus.
De reeks van instellingen voor adresnummers en
attributen voor de aaneengekoppelde eenheden zijn:
˚C
ON
OFF
GROUP
FILTER
CHECK MODE
TEST RUN
NOT AVAILABLE
˚C
ON
OFF
GROUP
FILTER
CHECK MODE
TEST RUN
NOT AVAILABLE
De inhoud van de display wisselt tussen de informatie voor
het ingestelde adresnummer van het binnenapparaat en die
voor het adresnummer van de aaneengekoppelde eenheid.
en
groepskeuzeschakelaar.
luchtrichtingschakelaar en
Afwisselend
externe
0001 tot en met 050,
LC of FU