Elements SybronEndo Manual Del Usuario página 14

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 44
5. Controleer of het apparaat 'apex' weergeeft in de
rechterbovenhoek. Dit bevestigt dat het apparaat in de Apex
Locator-modus staat. Wordt 'apex' niet weergegeven, druk dan op
de knop
om het apparaat in de Apex Locatormodus te zetten.
6. Bevestig de lipklem aan de lip van de patiënt. Het is belangrijk dat
de lipklem direct contact maakt met het slijmvlies, anders werkt het
apparaat niet naar behoren.
7. Controleer of het apparaat juist functioneert door de punt van
de sonde contact te laten maken met het tandvlees. U moet een
verandering in het display zien.
8. Laat de gevorkte sonde contact maken met of sluit de vijlklem aan
op een endodontische vijl die zich in het kanaal bevindt.
9. Als contact gemaakt is, verschijnen het cijferdisplay en de kleine
balk eronder totdat het contact wordt verbroken.
10. Werk apicaal met de vijl totdat het cijferdisplay '0.0' afleest, het
grafische display een ingevulde vijl laat zien en de zwarte 'apex'-
balk verschijnt. N.B. Het apparaat is gevoelig en reageert op geringe
wijzigingen in de positie van de vijl.
11. Trek de vijl ongeveer 0,5 mm terug om de constrictie te bereiken.
Terwijl u dat doet, verschijnen er segmenten van het symbool
Het complete symbool knippert bij de constrictie.
12. Stel de gewenste werklengte in door de positie van de vijlpal bij te
stellen.
13. Als het contact verbroken wordt, verschijnen er twee streepjes in
het cijferdisplay en verdwijnt het vijlsymbool.
Problemen met de Apex Locator oplossen
Ga als volgt te werk om onjuiste metingen te verhelpen:
• Zorg dat de lipklem volledig contact maakt met het slijmvlies van
de patiënt.
• Controleer alle aansluitingen.
• Controleer of het apparaat automatisch wordt ingeschakeld
wanneer een stroomkring wordt gesloten.
Droog het kanaal met een papierstift om de nauwkeurigheid te
verbeteren als het volgende optreedt:
• Overtollige geleidende vloeistoffen vormen een geleidende brug
tussen kanalen of met een metalen reconstructie of kroon.
Andere te controleren probleemgebieden:
• Zorg dat de vijl maar net door het uiteinde van het wortelkanaal kan.
Een loszittende vijl levert geen nauwkeurige metingen.
• Als de apex groter is dan 0,40 mm, is er wellicht onvoldoende
constrictie voor een nauwkeurige meting.
• Verlies van bot of van het periodontale ligament (aangegeven
door een radiolucente plek op de film) kan onjuiste metingen
veroorzaken.
• Als de batterij bijna op is, sluit u het apparaat aan op een
wandcontactdoos.
• Door contact tussen de metalen reconstructie en de vijl of sonde
wordt de stroomkring geaard en wordt de apex onnauwkeurig
aangegeven.
• Als het kanaal te droog is, brengt u NaOCl in de apicale helft van het
kanaal in.
Instructies voor de Vitality Scanner-modus (VS)
Cijferdisplay
Vitaliteitsresponswaarden variëren van 1 tot 80. Als tijdens het testen
de maximumwaarde van 80 gehaald wordt, knippert het cijferdisplay
totdat het contact verbroken wordt.
Grafische display
Als een stroomkring wordt gesloten, verschijnt een kleine horizontale
balk onder het cijferdisplay totdat de stroomkring wordt verbroken. Een
verticale balk komt overeen met de numerieke responswaarde.
Satellite-display
Het Satellite-display simuleert uw grafische display. Het bovenste
verlichte segment duidt op een gesloten stroomkring.
All manuals and user guides at all-guides.com
.
13
Gebruiksaanwijzing voor de Vitality Scanner
1. Pak de stekker van het Satellite-snoer vast bij het geribbelde
gedeelte, breng de rode stippen tegenover elkaar en druk de
stekker voorzichtig in het contact aan de voorzijde van het apparaat.
Het snoer mag alleen worden verwijderd door aan het geribbelde
gedeelte van de stekker te trekken.
2. Steek de connector van de patiëntleadkabel in het contact van het
Satellitesnoer.
3. Bevestig de standaard- of minikroontestsonde in het contact van de
patiëntleadkabel.
4. Zet het apparaat aan door op de
5. Controleer of het apparaat 'vitality' weergeeft in de
rechterbovenhoek. Dit bevestigt dat het apparaat in de Vitality
Scanner-modus staat. Wordt 'vitality' niet weergegeven, druk dan op
de knop
om het apparaat in de Vitality Scanner-modus te zetten.
6. Regel de snelheid waarmee de stimulus toeneemt met de toetsen
op het paneeltje. Deze snelheid kan tijdens het testen worden
bijgeregeld.
7. Bevestig de lipklem aan de lip van de patiënt. Het is belangrijk dat
de lipklem direct contact maakt met het slijmvlies, anders werkt het
apparaat niet naar behoren.
8. Droog het te testen element af.
9. Steek de sondetip in een kleine hoeveelheid tandgel of een middel
voor plaatselijke verdoving en plaats de tip op het element. Maak
geen contact met het tandvlees.
10. Als contact gemaakt is, verschijnt een kleine horizontale balk onder
het cijferdisplay totdat de stroomkring wordt verbroken.
11. Houd de sonde in contact met het element totdat de patiënt een
pulserende druk, warmte of tinteling waarneemt. Een tabel met
normale reponsen vindt u na dit gedeelte.
12. Als het contact wordt verbroken en binnen 1 seconde hersteld
wordt, wordt de test zonder reset hervat. Deze functie voorkomt
dat het apparaat per ongeluk wordt gereset als er kortstondig
contactverlies optreedt. Het apparaat wordt echter na 1 seconde
zonder contact automatisch gereset zodat elementen snel na elkaar
kunnen worden getest.
Testrespons
Het normale testresponsbereik bij vitale elementen is:
incisieven
10-40
bicuspidati
20-50
molaren
30-70
Dit zijn geen absolute waarden en zij kunnen van patiënt tot patiënt
variëren.
Aantekeningen en tips bij gebruik van Vitality Scanner
• Het apparaat wordt bij contact tussen de sonde en het element
automatisch geactiveerd. Dit garandeert dat de patiënt
aanvankelijk de laagste output ontvangt.
• Begin met het testen van de aan het probleemelement grenzende
tanden om een vergelijkende basis te verkrijgen.
• De minikroonsonde kan onder de rand van een porseleinen kroon
testen.
• De lagere weerstand van metalen vullingen levert metingen die
aanzienlijk lager zijn dan die bij natuurlijk tandmateriaal.
Problemen met de Vitality Scanner oplossen
Een valse negatieve meting treedt op wanneer een vitaal element niet
reageert op het maximale niveau (80).
Oorzaken zijn onder meer:
• vocht op het oppervlak van het element. (valse negatieve
metingen kunnen vaak worden voorkomen door het testelement
af te drogen).
• een metalen vulling die contact maakt met periodontaal weefsel.
• ernstige verkalking van het pulpaweefsel.
• onvolgroeide apices.
• ernstig trauma aan het element.
• andere omstandigheden die leiden tot verminderde
zenuwrespons.
-knop te drukken.

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido