DEEL 4 – WERKING VAN HET INSTRUMENT BIJ EEN HOOG
UITGANGSBEREIK
4.A. PATRONEN BIJ HOGE UITGANG
Wanneer de NSL-5-kabel van de patiëntenplaat is aangesloten, wordt
de unit automatisch ingesteld op het HOGE uitgangsbereik en is er geen
stimulatiepatroon actief (nulmodus). Wanneer de unit in de nulmodus
staat, geeft het geen stimulatie-uitgangsstroom en geen hoorbare
pieptonen. Wanneer de gebruiker een modus selecteert, stimuleert de unit
de beoogde zenuw met pulsen van 200 microseconden (0,2 milliseconde)
breed, in het geselecteerde patroon.
Twitch: Wanneer de Twitch-Modus is geselecteerd in
het HOGE uitgangsbereik, is het standaardpatroon de
twitch van 2 Hz. De gebruiker kan de frequentie van het
patroon afwisselen tussen 1 Hz en 2 Hz door op de knop
voor de Twitch-Modus te drukken. De unit geeft bij elke
stimulatiepuls een hoorbare pieptoon.
Twitch-patroon van 2 Hz = 2 twitches per seconde
500 milliseconden
Twitch-patroon van 1 Hz = 1 twitch per seconde
1000 milliseconden
= 0,2 milliseconde
Afbeelding 4.1: Twitch-patronen (in het HOGE uitgangsbereik)
50-Hz tetanisch: Druk op deze knop en houd
hem ingedrukt om continue stimulatiepulsen van
0,2 milliseconde, 50 Hz, toe te dienen gedurende een
maximale duur van 30 seconden.
De unit geeft een continue toon tijdens de stimulatie.
Wanneer de knop voor tetanische stimulatie wordt losgelaten, of als hij
continu gedurende 30 seconden ingedrukt wordt gehouden, houdt de unit
op de tetanische stimulatie toe te dienen en gaat weer over op de eerdere
instelling (TO4, twitch, DBS of nulmodus).
50-Hz ~ twitch-patroon
= 20 milliseconden
= 0,2 milliseconde
Afbeelding 4.2: 50 Hz ~ tetanisch patroon
204
= 0,2 milliseconde
100-Hz tetanisch: Druk op deze knop en houd hem
ingedrukt om continue stimulatiepulsen van 0,2 milliseconde,
100 Hz, toe te dienen gedurende een maximale duur van
30 seconden.
De unit geeft een continue toon tijdens de stimulatie.
Wanneer de knop voor tetanische stimulatie wordt losgelaten, of als hij
continu gedurende 30 seconden ingedrukt wordt gehouden, houdt de unit
op de tetanische stimulatie toe te dienen en gaat weer over op de eerdere
instelling (TO4, twitch, DBS of nulmodus).
100-Hz ~ twitch-patroon
= 10 milliseconden
= 0,2 milliseconde
Afbeelding 4.3: 100 Hz ~ tetanisch patroon
Double-Burst Stimulus (DBS): In de DBS-modus dient de
unit een stimulatiepatroon toe dat bestaat uit twee groepen
(salvo' s ) van drie pulsen van 0,2 milliseconde. Elk van de
pulsen in een groep wordt 20 milliseconden ± 5% na elkaar
gegeven. Het interval tussen de eerste puls van de eerste
groep tot de eerste puls van de tweede groep bedraagt 750 milliseconden
± 5%. In de DBS-modus wordt het patroon om de tien (10) seconden
herhaald.
Elke salvo gaat gepaard met een akoestische pieptoon. Terwijl het
10-seconden interval tussen de zich automatisch herhalende patronen wordt
afgeteld, geeft de unit voorts een lange pieptoon om eraan te herinneren dat
de volgende stimulatie over één (1) seconde wordt toegediend.
Patroon bij Double-Burst
= 20 milliseconden
= 0,2 milliseconde
750 milliseconden
Afbeelding 4.4: Patroon bij Double-Burst
Train-of-Four (TO4): In de TO4-modus dient de unit
een groep toe van vier pulsen van 0,2 milliseconde, 500
milliseconden ± 5% na elkaar (met een frequentie van 2 Hz).
In de TO4-modus wordt het patroon om de tien (10) seconden
herhaald.
Elke TO4 gaat gepaard met een akoestische pieptoon. Terwijl het
10-seconden interval tussen de zich automatisch herhalende patronen wordt
afgeteld, geeft de unit voorts een lange pieptoon om eraan te herinneren dat
de volgende stimulatie over één (1) seconde wordt toegediend.
Train-of-Four (TO4)-patroon:
500 milliseconden
= 0,2 milliseconde
Afbeelding 4.5: Patroon bij Train-of-Four