Gebruik
Stuurkolom instellen
Bovenste deel [B] van de stuurkolom
Maak de spanhendel los tegen de wijzers van de
klok in
.
Kantel de stuurkolom in de gewenste positie naar
voren
.
Draai de spanhendel vast met de klok mee
de stuurkolom in deze positie te vergrendelen.
De maaiwerkwielen moeten in de laagste
snijwerkstand altijd minstens 6–12 mm boven de
grond staan. De maaiwerkwielen zijn er niet voor
geconstrueerd om de last van het maaiwerk te
dragen. Zij dienen slechts daarvoor, oneffen terrein
te compenseren.
Verzet de snijwerkwielen altijd gelijkmatig.
Opmerking
Het aantal snijwerkwielen varieert afhanke-
lijk van het model.
Gebruik
Let op!
Volg ook de aanwijzingen in de
gebruikshandleiding van de motor op.
Opmerking
Neem de nationale/gemeentelijke voorschrif-
ten met betrekking tot de gebruikstijden in
acht (evt. bij de verantwoordelijke instantie
opvragen).
Koplampen in-/uitschakelen
Om de koplampen in te schakelen, zet u de scha-
kelaar op „ON".
Om de koplampen uit te schakelen, zet u de scha-
kelaar op „OFF".
Met de benzinekraan kunt u de brandstoftoevoer
van de linker en rechter brandstoftank openen en
sluiten.
Brandstoftoevoer van beide tanks gesloten
Brandstoftoevoer rechter tank geopend
Brandstoftoevoer linker tank geopend
769-10224B
Parkeerrem in- resp. uitschakelen
Om de parkeerrem in te schakelen, drukt u het
rempedaal [A] helemaal in en drukt u op de scha-
kelaar [D]
Om de parkeerrem uit te schakelen, drukt u het
rempedaal [A] in, totdat de schakelaar [D] los-
, om
komt.
Schakel altijd de parkeerrem in, voordat u het
apparaat verlaat.
Trap niet op het gaspedaal voor vooruitrijden [B]
of op het gaspedaal voor achteruitrijden [C],
terwijl het rempedaal [A] bediend wordt of de
parkeerrem ingeschakeld is. Dit kan tot schade
aan de transmissie leiden.
Motortoerental instellen
Met de gashendel kunt u het motortoerental traploos
instellen.
Snel motortoerental =
Laag motortoerental =
Contactslot bedienen D
Afhankelijk van het model is het apparaat
met een normaal contactslot
contactslot met OCR-functie
Contactslot
Om de motor te starten, draait u de sleutel naar
rechts
tot de motor loopt. Laat de sleutel daarna
los.
De sleutel staat op
Om de motor te stoppen, draait u de sleutel naar
links op
.
Contactslot met OCR-functie
Dit contactslot is met een OCR-functie (=
gebruikergecontroleerd maaien in achterwaartse
richting) uitgerust.
Om de motor te starten, draait u de sleutel naar
rechts
tot de motor loopt. Laat de sleutel daarna
los.
De sleutel staat op
voorwaartse richting mogelijk.
Om de OCR-functie te activeren, draait u de
sleutel naar links van de normale stand naar de
stand voor achterwaarts maaien
Druk de schakelaar [1].
De controlelamp [2] brandt. U kunt nu zowel bij
vooruit- als achteruitrijdend maaien.
Om de motor te stoppen, draait u de sleutel naar
links
.
.
Let op!
.
en maakt maaien in
NL
of met een
uitgerust.
.
79