(115V ac - 230V ac) en de machine voorinstelt voor een
correcte werking. De gebruiker is in staat te begrijpen of de
machine gevoed is aan a 115V ac of 230V ac dank zij de
kleur van de led (Afb. C (3)).
LED GROENE KLEUR wijst erop dat de machine
-
aangesloten is op het net aan 230V ac.
-
LED ORANJE KLEUR wijst erop dat de machine
aangesloten is op het net aan 115V ac.
Tijdens de werking met de modaliteit 115V ac is het
mogelijk dat de machine, omwille van een
l a n g d u r i g e e n z w a r e o v e r s p a n n i n g , u i t
veiligheidsredenen omschakelt naar de modaliteit
230V ac.
In dit geval moet men om het lassen te hervatten de
machine af- en terug aanzetten. De machine alleen
terug aanzetten nadat de led (Afb. C (3)) volledig uit
is.
VERBINDINGS-, REGEL- EN
WAARSCHUWINGSONDERDELEN
LASMACHINE
Frontpaneel
1 - Positieve snelverbinding (+) voor aansluiting van de
laskabel.
2 - GEEL CONTROLELAMPJE: deze gaat branden als de
lasstroom wordt geblokkeerd om een van de volgende
redenen:
- Thermische beveiliging: in de machine heeft zich
een te hoge temperatuur ontwikkeld. De machine blijft
aanstaan zonder dat er stroom wordt toegevoerd,
totdat de normale temperatuur weer bereikt is. De
herstelprocedure wordt automatisch uitgevoerd.
- Beveiliging tegen over- en onderspanning van de
leiding: de machine wordt geblokkeerd als de
spanning op de leiding te hoog of te laag is.
- Bescherming ANTI STICK: blokkeert automatisch
de lasmachine, ingeval de elektrode vastkleeft aan het
te lassen materiaal, waarbij het manueel verwijderen
ervan mogelijk is zonder de tang elektrodehouder te
beschadigen.
3 - GROENE CONTROLELAMPJE: Aansluiting op het
elektriciteitsnet, apparaat gereed voor het gebruik.
4 - Potentiometer voor de afstelling van de lasstroom, met
in Ampères aangegeven schaalverdeling; de regeling
kan ook tijdens het lassen worden veranderd.
(Het model "DUAL VOLT AGE AUTOMA TIC" heeft een
dubbele gegradueerde schaal in Ampères)
5 - Negatieve snelverbinding (-) voor aansluiting van de
laskabel.
Achterpaneel
1 - Met EEG stekker 2p + ( ) uitgeruste voedingskabel.
(In het model "DUAL VOLT AGE AUTOMA TIC" is de
kabel zonder stekker).
2 - Hoofdschakelaar O/OFF - I/ON (verlicht).
5. INSTALLATIE
________________________________________________________________________________
OPGELET! ALLE OPERATIES VAN INSTALLATIE EN
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN UITVOEREN MET DE
LASMACHINE VOLLEDIG UITGESCHAKELD EN
LOSGEKOPPELD VAN HET VOEDINGSNET.
DE ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN MOETEN
UITSLUITEND UITGEVOERD WORDEN DOOR
ERVAREN OF GEKWALIFICEERD PERSONEEL.
________________________________________________________________________________
Afb. C
Afb. D
De lasmachine uitpakken, de montage van de losgemaakte
gedeelten bevat in de verpakking uitvoeren.
Assemblage retourkabel- tang
Assemblage laskabel -tang elektrodenhouder
PLAATSING VAN DE LASMACHINE
De plaats van installatie van de lasmachine identificeren
zodanig dat er zich geen hindernissen bevinden ter hoogte
van de opening van de ingang en de uitgang van de
koellucht (geforceerde circulatie middels ventilators, indien
aanwezig); tegelijkertijd controleren of er geen geleidend
stof, corrosieve dampen, vocht, enz. aangezogen worden.
Minstens 250mm ruimte vrijhouden rond de lasmachine.
______________________________________________
OPGELET! De lasmachine plaatsen op een
h o r i z o n t a a l o p p e r v l a k m e t e e n a d e q u a a t
draagvermogen voor het gewicht teneinde de kanteling
of gevaarlijke verplaatsingen te voorkomen.
______________________________________________
AANSLUITING OP HET NET
- Voordat men gelijk welke elektrische aansluiting uitvoert,
moet men verifiëren of de gegevens van de
kentekenplaat overeenstemmen met de spanning en de
frequentie van het net die beschikbaar zijn op de plaats
van installatie.
- De lasmachine moet uitsluitend aangesloten worden op
een voedingssysteem met een neutraalgeleider
verbonden met de aarde.
- Teneinde te voldoen aan de vereisten van de Norm EN
61000-3-11 (Flicker) raadt men aan de lasmachine te
verbinden met de punten van interface van het
voedingsnet die een impedantie hebben kleiner dan
Zmax =0,24 ohm.
- Man raadt de voeding van de lasmachine af middels
elektrogene groepen. Het model van lasmachine
gemarkeerd met de afkorting "GE" (Elektrogene groep)
is geschikt om gevoed te worden middels elektrogene
groep met vermogen niet kleiner dan 1.5 keer het
maximum vermogen van de lasmachine.
- STEKKER EN CONTACT:
- Het model 230V is oorspronkelijk uitgerust met een
kabel voedingskabel met een genormaliseerde
stekker, (2P + T) 16A/250V .
Kan dus verbonden worden met een contact van het
net voorzien van zekeringen of een automatische
schakelaar; de speciale terminal van de aarde moet
verbonden worden met de aardegeleider (geel-groen)
van de voedingslijn.
De tabel (TAB.1) geeft de aanbevolen waarden in
ampères van de vertraagde zekeringen van de lijn
gekozen op basis van de max. nominale stroom
verdeeld door de lasmachine en van de nominale
voedingsspanning.
- Voor de lasmachines niet voorzien van een stekker
(modellen 115/230V), een genormaliseerde stekker,
(2P + T) met een adequaat vermogen met de
voedingskabel verbinden en een contact van het net
voorinstellen uitgerust met zekeringen of een
automatische schakelaar; een speciale terminal van
de aarde moet verbonden worden met de
aardegeleider (geel-groen) van de voedingslijn. De
tabel (TAB.1) geeft de aanbevolen waarden in
ampères van de vertraagde zekeringen van de lijn
gekozen op basis van de max. nominale stroom
verdeeld door de lasmachine en van de nominale
voedingsspanning.
- 29 -
INRICHTING
Afb. E
Afb. F