ben, wanneer zij onder toezicht staan of met be-
trekking tot het veilige gebruik van het apparaat
instructies hebben gekregen en de daaruit
voortvloeiende risico's hebben begrepen. Kin-
deren mogen niet met het apparaat spelen. Het
apparaat mag zonder toezicht niet door kinde-
ren worden gereinigd en onderhouden.
Wanneer het netaansluitsnoer van dit apparaat
beschadigd is, moet dit door de fabrikant of
diens klantenservice worden vervangen om risi-
co's te voorkomen.
Neem de aanwijzingen over de reiniging en ver-
zorging van het apparaat (zie "Reiniging en ver-
zorging" op pagina 80) in acht.
Na uitgebreid gebruik kan de messenkop heet
worden.
GEVAAR voor kinderen
Verpakkingsmateriaal is geen kinderspeelgoed. Kinderen mogen
niet met de plastic zakken spelen. Er bestaat verstikkingsgevaar.
GEVAAR van een elektrische schok door vocht
Leg het apparaat nooit zo neer dat het in aangesloten toestand in
het water kan vallen.
Wanneer het apparaat toch in het water is gevallen, moet u de
netadapter direct uit het stopcontact trekken en pas daarna het
apparaat uit het water halen. Gebruik het apparaat in dat geval
niet meer, maar laat het door een gespecialiseerd bedrijf controle-
ren.
Bescherm het apparaat tegen vocht, druppel- of spatwater.
Het apparaat, het aansluitsnoer en de netadapter mogen niet in
water of andere vloeistoffen worden gedompeld.
Indien er vloeistof in het apparaat terechtkomt, moet de netadap-
ter direct uit het stopcontact worden getrokken. Laat het appa-
raat controleren alvorens het opnieuw in gebruik te nemen.
Bedien het apparaat niet met natte handen.
Trek na gebruik de netadapter uit het stopcontact. De nabijheid
van water vormt een gevaar, ook wanneer het apparaat uitge-
schakeld is.
Als extra beveiliging wordt het installeren van een aardlekschake-
laar (FI/RCD) met een nominale uitschakelstroom van maximaal
30 mA in het stroomcircuit aanbevolen. Vraag uw elektrisch instal-
lateur om advies. Laat de montage uitsluitend uitvoeren door een
erkend elektricien.
GEVAAR door een elektrische schok
Controleer het apparaat en het aansluitsnoer regelmatig op
beschadigingen. Neem het apparaat niet in gebruik als het appa-
raat of het aansluitsnoer zichtbaar beschadigd is of wanneer het
apparaat voorheen is gevallen.
Sluit de netadapter uitsluitend aan op een volgens de voorschrif-
ten geïnstalleerd, gemakkelijk toegankelijk stopcontact, waarvan
de spanning overeenkomt met de gegevens op het typeplaatje
van de netadapter. Het stopcontact moet ook na het aansluiten
gemakkelijk toegankelijk blijven.
Leg het aansluitsnoer zodanig neer dat niemand erop kan trap-
pen, erachter blijft hangen of erover kan struikelen.
NEDERLANDS
75