Gebruik (Vervolg) Starten En Gebruik (Vervolg); De Motor (Elektrische Starter) (Vervolg); De Handrem Inschakelen - Snapper 23 Serie Manual Del Usuario E Instrucciones De Seguridad

Gebruik (vervolg)
Starten en gebruik (vervolg)

De motor (elektrische starter) (vervolg)

8. Indien de batterij te zwak is om de motor te starten, raadpleegt
u het gedeelte "MOTOR (MANUELE START) om een motor met
elektrische starter manueel te starten.
9. De motor van model 2813523BVE is uitgerust met een
solenoïde voor de afsluiting van de brandstoftoevoer. Als de
batterij leeg is, kunt u de motor starten met de trekstarter en
met de toerenregelaar in de choke-positie (WARME motor of
KOUDE motor).
Motor (handmatige start)
BELANGRIJK: Wanneer de contactsleutel op "ON" gedraaid is en aan
de terugloophendel wordt getrokken, zal de motor draaien maar niet
starten als het ontkoppelings/rempedaal niet volledig is ingedrukt
terwijl de grendel van de handrem ingeschakeld is en de meshendel
in de UIT stand staat. Start de motor als volgt:
Start de motor als volgt:
1. Open de verluchting (B, Figuur 2) van de stop (A) van de ben-
zinetank, door hem tegen de wijzers van de klok te draaien.
BELANGRIJK: Als u de verluchting niet opent, kan de motor
stilvallen.
2. Plaats de versnellingshendel in de stand N (neutraal).
Raadpleeg het gedeelte "Wielaandrijving".
BELANGRIJK: De motor NIET starten met de versnellingshendel in
een rijpositie.
!
WAARSCHUWING
Het is mogelijk de motor te starten terwijl de versnellingshendel in
een rijpositie staat. Volg de instructies voor het starten zorgvuldig.
3. Zorg dat de meshendel (A, Figuur 4) in de UIT positie staat.
4. Druk het koppelings/rempedaal (A, Figuur 8) volledig in, ver-
schuif de grendel van de handrem (B) en laat het koppel-
ings/rempedaal los om de handrem vast te zetten.
12
B
Figuur 8: De handrem inschakelen
5. Bij het starten van een koude motor, moet u de toerenregelaar
(A, Figuur 6) in de stand CHOKE plaatsen (B).
6. Draai de sleutel (A, Figuur 9) in de AAN positie.
!
Figuur 9: Sleutel
7. Trek met een vloeiende, gelijkmatige beweging aan het start-
touw tot de motor start
OPMERKING: Leid het starttouw altijd terug in de terugloopbehuiz-
ing. Laat het touw nooit terugspringen.
Nadat de motor start, plaatst u de toerenregelaar in de stand
"FAST".
8. Laat de motor even op temperatuur komen, tot hij vlot draait.
A
A
www.snapper.com