8.4 De doseerdoorstroming is onnauwkeurig
Oorzaak
Er bevindt zich gas in de doseerkop.
De ventielen bevatten kristallijne afzettingen.
Het nulpunt is verkeerd ingesteld.
De tegendruk fluctueert.
De druk in de zuigleiding fluctueert.
De zuig- of persleiding is te klein of te lang.
Er is sprake van hevelwerking.
De zuig- of persleiding lekt of is poreus.
Delen die in contact komen met het doseermedi-
um zijn hier niet tegen bestand.
Het doseermembraan is versleten (beginnende
scheuren).
De doseerpomp wordt gebruikt aan de bovenkant
van het capaciteitsbereik in een installatie met
fluctuerende voedingsspanning.
De dichtheid of de viscositeit van het doseerme-
dium varieert.
8.5 Permanente lekkage vanuit het ingebouwde veiligheidsventiel
Oorzaak
Het persventiel of de persleiding is geblokkeerd.
De openingsdruk van het ingebouwde veiligheids-
ventiel is te laag ingesteld.
Het membraan van het ingebouwde veiligheids-
ventiel is defect.
De bal of zitting van het ingebouwde veiligheids-
ventiel is defect.
Het ingebouwde veiligheidsventiel is vuil.
8.6 De membraanbreuksensor werkt niet correct
Oorzaak
Storing in de sensor.
De AR-besturingseenheid of de elektronische
unit voor de optische sensor werkt niet cor-
rect.
Oplossing
Ontlucht de doseerkop.
Reinig de ventielen.
Pas het nulpunt aan op basis van de daad-
werkelijke tegendruk.
Installeer een veiligheidsventiel en een pul-
satiedemper.
Houd een constant niveau aan in de doseer-
tank door een buffertank te installeren.
Installeer een pulsatiedemper.
Installeer een pulsatiedemper.
Installeer een drukhoudventiel.
Controleer en vervang de zuig- of perslei-
ding.
Vervang door onderdelen van een resistent
materiaal.
Vervang het doseermembraan.
Verlaag de tegendruk van de pomp.
Zorg dat de dichtheid of de viscositeit van het
doseermedium niet varieert. Gebruik een
roerder.
Oplossing
Reinig het persventiel en de persleiding.
Stel de openingsdruk van het ingebouwde
veiligheidsventiel correct in.
Vervang het membraan van het ingebouw-
de veiligheidsventiel.
Vervang de defecte onderdelen.
Reinig het ingebouwde veiligheidsventiel.
Oplossing
Reinig de sensor. Als de sensor niet werkt na de
reiniging, vervangt u deze door een nieuw
exemplaar.
Neem contact op met Grundfos voor service.
DMX 221 | | 637