Descargar Imprimir esta página

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 100
nauwkeurigheid van de temperatuurmeting: ±1 °C voor het bereik 0 °C tot +40 °C, anders ±2 °C
relatieve vochtigheid: 20–95 % RV, resolutie 1 %
nauwkeurigheid van de vochtigheidsmeting: 5 % weergave van de metingstemperatuur: °C/°F
meetbereik van de bar. druk: 850 hPa tot 1 050 hPa
drukeenheid: hPa/inHg
bereik van het radiosignaal: tot 30 m in de vrije ruimte
aantal sensoren die kunnen worden aangesloten: max. 3
draadloze sensor: transmissiebandbreedte 433 MHz, 10 mW e.r.p. max.
lengte van de draadsonde van de sensor: 1 m
voeding van het station: 3× 1,5 V AAA batterijen (niet meegeleverd)
adapter: AC 230 V/DC 5 V (meegeleverd)
voeding van de sensor: 2× 1,5 V AAA batterijen (niet meegeleverd)
maten en gewicht van het station: 193 × 144 × 50 mm, 364 g
maten en gewicht van de sensor: 60 × 100 × 21 mm, 54 g

Inbedrijfstelling

1. Plaats de batterijen eerst in het weerstation (3× 1,5 V AAA) en daarna in de draadloze sensor
(2× 1,5 V AAA) en sluit de voedingsbron aan op het station. Let er bij het plaatsen van de batterijen
op dat de polariteit juist is om beschadiging van het weerstation of de sensor te voorkomen. Gebruik
alleen alkaline batterijen van hetzelfde type, gebruik geen oplaadbare batterijen.
2. Plaats de twee eenheden naast elkaar. Het weerstation zal het signaal van de sensor binnen
3 minuten lokaliseren. Als er geen signaal van de sensor wordt gevonden, drukt u lang op de
toets CH op het weerstation om het zoeken te herhalen.
3. Als de meting van de buitentemperatuur op de display verdwijnt, drukt u lang op de toets op het
weerstation. Het weerstation zal alle waarden resetten en opnieuw naar het sensorsignaal zoeken.
4. Het wordt aanbevolen de sensor te plaatsen aan de noordzijde van het huis. In bebouwde gebieden
kan het bereik van de sensor enorm afnemen.
5. De sensor is bestand tegen druppelend water, maar stel hem niet permanent bloot aan regen.
6. Plaats de sensor niet op metalen voorwerpen, aangezien het zendbereik dan kleiner wordt.
7. Vervang de batterijen in de sensor of het weerstation indien de icoon voor zwakke batterijen
verschijnt.
Veranderen van kanaal en aansluiten van andere sensoren
1. Druk herhaaldelijk op de toets CH om het gewenste sensorkanaal – 1, 2 of 3 – te selecteren. Druk
dan lang op de toets CHs, de icoon
2. Verwijder het deksel van het batterijvakje aan de achterkant van de sensor en plaats de batterijen
(2× 1,5 V AAA).
3. Stel het gewenste sensorkanaalnummer in (1, 2, 3) door herhaaldelijk te drukken op de toets CH
die zich in het batterijenvak van de sensor bevindt. Het kanaalnummer wordt weergegeven op
de sensordisplay. Binnen 3 minuten worden de sensorgegevens ingelezen.
4. Als het sensorsignaal niet wordt gevonden, verwijdert u de batterijen en plaatst u ze opnieuw.
Instellen van de weergave van gegevens van meerdere sensoren, automatische rotatie van de
waarden van de aangesloten sensoren
Druk herhaaldelijk op de toets CH van het weerstation om achtereenvolgens de metingen van alle
aangesloten sensoren weer te geven. U kunt ook de automatische rotatie van gegevens van aange-
sloten sensoren activeren:
1. Inschakeling van de rotatie
Druk verschillende malen op de toets CH totdat de icoon
De gegevens van alle aangesloten sensoren worden automatisch en herhaaldelijk weergegeven.
2. Uitschakeling van de rotatie
Druk herhaaldelijk op de toets CH totdat de icoon
Radiogestuurde klok (DCF77)
Het weerstation zoekt automatisch naar het signaal DCF77 (hierna DCF genoemd) gedurende 7 minuten
na registratie bij de draadloze sensor, de icoon knippert. Tijdens het zoeken worden geen andere
begint te knipperen.
op de display verschijnt.
verdwijnt.
107

Publicidad

loading