gelijke bereik sterk beperken. In dergelijke gevallen raden
wij aan om andere locaties te vinden voor zowel de basis-
eenheid als de buitensensor. Soms is het voldoende om de
sensor slechts enkele centimeters te verplaatsen!
Hoewel de sensor weerbestendig is, moet deze uit de buurt
van direct zonlicht, regen of sneeuw worden geplaatst.
8 Instellen van de stroomvoorziening
Base device
1.
Steek de DC-connector in de aansluiting van het appa-
raat.
2.
Steek de stekker in het stopcontact.
3.
Het apparaat wordt direct onder spanning gezet.
4.
Wacht tot de binnentemperatuur op het basisstation
wordt weergegeven.
INSTRUCTIE! Voor permanent gebruik is het aan te be-
velen om de stroomvoorziening op het stroomnet aan
te sluiten. Als alternatief is ook een voeding met batte-
rijen mogelijk, om de tijdinstelling in geval van stroom-
uitval te behouden. Ga als volgt te werk:
5.
Verwijder het deksel van het batterijcompartiment.
6.
Plaats de batterijen in het batterijvak. Controleer of de
polariteit (+/-) van de batterij correct is.
7.
Plaats het deksel van het batterijcompartiment terug.
8.
Wacht tot de binnentemperatuur op het basisstation
wordt weergegeven.
INSTRUCTIE! Bij het overschakelen van netvoeding naar
batterijvoeding of omgekeerd wordt de voeding om
technische redenen tijdelijk uitgeschakeld. Uitzonde-
ring: permanente stroomvoorziening op batterijen.
Remote sensor
9.
Verwijder het deksel van het batterijcompartiment.
57 / 80