INHOUD
Water aansluiten op het apparaat
1. Verwijder de rubberen stop (1) van het
waterinlaatventiel.
2. Duw de waterslang stevig op het
waterinlaatventiel en draai de kraagmoer vast.
Deze waterleiding moet in het midden worden
doorgesneden en gebruikt; het andere deel
kan worden gebruikt als reserveonderdeel.
Aansluiten op de waterkraan
Deze functie is alleen beschikbaar bij sommige modellen.
1. Duw de waterslang in de opening van de met de
accessoires meegeleverde kraanaansluiting. De buis
moet stevig worden vastgehouden terwijl de aansluiting
op de buis wordt geduwd.
2. Controleer of de rubberen ring aan de binnenkant van de
kraanaansluiting zit voordat u deze op de kraan draait.
► Het is mogelijk dat een aparte aansluiting of adapter
moet worden gekocht als uw kraanfitting niet
overeenkomt met de draadgrootte van de
meegeleverde aansluiting.
De wateraansluiting controleren
Deze functie is alleen beschikbaar bij sommige modellen.
► Zet de watertoevoer aan en schakel het apparaat in. Controleer zorgvuldig alle
aansluitingen zorgvuldig op mogelijke lekken vanwege slecht gemonteerde slangen.
► Houd de knop 3Sec. Filter Reset drie seconden ingedrukt. Het nieuwe waterfilter is
geactiveerd.
► Plaats een kopje onder de waterdispenser om te controleren of er water door het
apparaat stroomt.
► Controleer de aansluitslang en de aansluitingen nogmaals op lekken.
Installatie
259