GARANT XControl
de
2
XControl + XControl + XConnect
6.2.
BATTERIJ PLAATSEN
bg
A
LET OP! Bij het plaatsen van de batterij de taster niet bedienen.
da
ü XControl is uitgepakt.
1. Schroeven losdraaien en verwijderen.
2. Batterijvakdeksel (4) verwijderen.
en
3. Batterij in het batterijvak plaatsen.
»
Polen van de batterij in acht nemen.
4. Batterijvakdeksel (4) op behuizing leggen en uitlijnen.
fi
5. Schroeven plaatsen.
6. Schroeven voor batterijvakdeksel met 1,2 Nm vastdraaien.
»
Batterij geplaatst.
fr
6.3.
XCONTROL + XCONNECT VERBINDEN
B
it
1. LET OP! Op hoofdletters en kleine letters letten.
2. LET OP! Het instellen van het CONFIG.TXT-bestand moet op een afzonderlijke computer plaatsvinden.
hr
3. LET OP! Als er instellingen op de machinebesturing worden aangebracht, dan blijven deze niet opgesla-
gen.
4. LET OP! XConnect moet in dezelfde USB-poort worden gestoken als bij het vaststellen van het EXTCALL-
lt
pad.
ü XConnect is ontkoppeld.
ü Batterijvakdeksel op XControl is gedemonteerd.
nl
5. Boven de batterij bevindt zich een taster (1).
6. Taster (1) indrukken.
»
LED (2) moet groen branden.
no
7. XConnect met USB-poort verbinden.
»
Groene led op XControl gaat uit.
8. Draadloze verbinding is geconfigureerd wanneer:
pl
»
Power-led (4) groen brandt.
»
Connect-led (5) oranje brandt.
pt
»
RSSI-led (3) groen knippert.
9. Batterijvakdeksel monteren.
10. Schroeven van batterijvakdeksel met 1,2 Nm vastdraaien.
ro
»
XConnect + XControl verbonden.
6.4.
XCONTROL + XCONTROL +XCONNECT VERBINDEN
sv
LET OP! De als laatst verbonden XControl neemt altijd op de eerste positie van de beide XControl plaats. Dat
is belangrijk voor het gebruik in het "NC-programma" of in MDA.
De aanvullende XControl in dezelfde volgorde als de eerste verbinden. XControl + XConnect verbinden [} Pagina 136]
sk
7.
Bediening
7.1.
INSCHAKELEN
sl
LET OP! Na 10 minuten van inactiviteit wordt de XControl naar de stand-bymodus geschakeld.
ü Batterij is gemonteerd. Batterij plaatsen [} Pagina 136]
1. Taster indrukken.
es
»
XControl ingeschakeld.
7.2.
XCONTROL POSITIONEREN
cs
ü XControl is met XConnect verbonden.
1. De XControl met spanmiddel in werkruimte van de machine positioneren.
2. Referentiegereedschap (kalibreerdoorn) met de exacte gereedschapslengte in de werkspindel plaatsen.
hu
3. Referentiegereedschap (kalibreerdoorn) ca. 5 mm in het midden boven de taster van de XControl positioneren.
136