Opslag/overwinteren
Het apparaat staat tegen vorst beschermd (bijv. in een garage of aanbouw)
De werking van het apparaat is mogelijk, indien de minimale watertemperatuur van +4 °C wordt
aangehouden.
De dieper gelegen vijferdelen hebben in de winter een watertemperatuur van ca. +4°C en zijn van
levensbelang voor vissen. Met de volgende maatregelen wordt de afkoeling van het water bij de
circulatie door het filtersysteem gereduceerd:
Pomp dichter bij het wateroppervlak positioneren zodat alleen koud water uit de hogergele-
gen vijverdelen wordt gepompt.
De retourleidingen van het filtersysteem in de vijver isoleren.
Het water niet via een beekje naar de vijver laten terugstromen.
Het apparaat staat niet tegen vorst beschermd (bijv. buiten)
Neem het apparaat buiten gebruik bij watertemperaturen +8 °C of uiterlijk bij te verwachten
vorst.
Laat water in het apparaat, in de slangen, buizen en aansluitingen zoveel mogelijk weglopen.
Open alle schuifafsluiters om waterophopingen te vermijden.
Dek de container af, zodat er geen regenwater kan binnendringen.
Bescherm de leidingen en de schuifafsluiter tegen vorst, waarbij u het water niet kunt afvoe-
ren.
142