Hoofdstuk 1: Bediening met cijfercode
Openen met de gebruikerscode
•
Druk op de ENTER-toets.
•
Voer de gebruikerscode van 3 tot 6 posities in (fabrieksstand: 1-6-8) en
bevestig met ENTER. U hoort 2 korte signaaltonen.
De deur opent automatisch.
Als u 3 korte signaaltonen hoort, heeft u een verkeerde code ingevoerd.
Probeer het opnieuw.
Sluiten
Druk de kluisdeur dicht en houd hem dichtgedrukt. De deur vergrendelt
automatisch als u op de CLOSE-toets drukt. U hoort een korte signaaltoon aan
het einde van het sluitproces, de deur is succesvol vergrendeld.
Let op: In geval van een blokkering hoort u 8 korte signaaltonen en ziet u
‚BLOCK' op het display. De kluis kan niet worden gesloten. Als deze melding
verschijnt en de noodsleutel nog in het slot zit, dan moet u hem zeker uit het
slot trekken! Als de noodsleutel niet in het slot zit, controleer dan of er een
obstakel in de deuropening zit en als dit zo is, verwijder het dan zodat de deur
correct kan sluiten!
Herhaal daarna de procedure.
Programmeren van de gebruikerscode
De deur moet open zijn en de grendels moeten ingeschoven zijn.
•
Druk op de ENTER-toets.
•
Voer de nieuwe gebruikerscode in (3 tot max. 6 posities) en bevestig met
de ENTER-toets.
•
U hoort 2 tonen en op het display verschijnt de melding ‚GOOD' , wat
aangeeft dat de elektronica de nieuwe code heeft opgeslagen.
•
Druk op de CLOSE-toets
De grendelbouten schuiven uit. De gebruikerscode is geprogrammeerd.
Foutieve invoer
Als de kluis dicht is, worden er geen foutieve codes en vingerafdrukken
geaccepteerd. Op het display ziet u in deze gevallen "CODE-ERROR" of
"FP-ERROR" en hoort u 3 korte signaaltonen. Bij de derde foutieve poging
wordt de kluis gedurende 5 minuten geblokkeerd door de elektronica
(Pincode). Bij bediening via fingerprint blokkeert de elektronica na 10 mislukte
pogingen gedurende 1 minuut het slot. Na deze tijd kan de kluis worden geo-
pend met de mastercode, de juiste gebruikerscode of een geldige fingerprint.
Als u een foutief cijfer heeft ingetoetst, kunt u deze invoer wissen met de
CLOSE-toets.
12 I Nederlands
Openen met mastercode
•
Druk op de ENTER-toets.
•
Voer uw mastercode in (fabrieksstand 1-2-3-4-5-6-7-8) en bevestig
met ENTER.
Op het display wordt "PASS 1" weergegeven en wordt 10 seconden geteld.
Na het verstrijken van deze tijd hoort u twee korte signaaltonen en de deur
gaat automatisch open.
Let op: Bij invoer van de mastercode wordt de laatst geprogrammeerde
gebruikerscode kort weergegeven en dan gewist. De gebruikerscode moet
vervolgens opnieuw worden geprogrammeerd (zie "Programmering van de
gebruikerscode").
De deur kan alleen worden vergrendeld als een gebruikerscode is geprogram-
meerd..
Programmeren van de mastercode
De deur moet open zijn en de grendels moeten uitgeschoven zijn.
•
Druk op de ENTER-toets.
•
Voer de mastercode in (fabrieksstand 1-2-3-4-5-6-7-8) en bevestig met
ENTER.
•
Er wordt "PASS 1" weergegeven en er wordt 10 seconden geteld.
Druk binnen deze tijd opnieuw op de ENTER-toets.
•
Voer nu de nieuwe mastercode in (8 posities) en bevestig met ENTER.
•
Op het display verschijnt "REPEAT".
•
Voer de nieuwe mastercode een tweede keer in en bevestig met ENTER.
•
De elektronica heeft de nieuwe code opgeslagen zodra op het display
"GOOD" verschijnt.
•
U hoort 2 korte signaaltonen
De mastercode is geprogrammeerd.
Hoofdstuk 2: Bediening met fingerprint
Openen met de vinger
•
Voor de registratie van uw fingerprint moet de gewenste vinger schoon
en droog zijn.
•
Leg de vinger met lichte druk op de sensor. De fingerprintsensor wordt
automatisch geactiveerd, licht blauw op en is klaar voor gebruik.
•
De fingerprintsensor licht vervolgens groen op, als de fingerprintanalyse
succesvol was, zijn er 2 korte signaaltonen te horen
De deur opent automatisch.
Als u 3 korte signaaltonen hoort en de lichting rood oplicht, is de fingerprint
niet herkend. Probeer het opnieuw.
Programmeermodus: Inleren en wissen van de fingerprints
De deur moet gesloten zijn en de grendels moeten uitgeschoven zijn.
•
Druk op de ENTER-toets.
•
Voer uw mastercode in (fabrieksstand 1-2-3-4-5-6-7-8)
en bevestig met ENTER.
•
‚PASS 1' wordt weergegeven en er worden 10 seconden geteld. Druk binnen
deze tijd opnieuw op de ENTER-toets.
Nu kunt u de volgende wijzigingen uitvoeren:
Vinger opslaan
Opmerking: Voor de registratie van uw fingerprint moet de gewenste vinger
schoon en droog zijn.
•
Voer de cijfers "23" in en bevestig met de ENTER-toets. Op het display
verschijnt de weergave "STEP1". De fingerprintsensor licht blauw op en is
klaar voor gebruik.
•
Leg de vinger met zachte druk op de sensor en verwijder deze pas wanneer
de lichtring uitgaat en er 1 signaaltoon te horen is.
•
De weergave schakelt over naar ‚STEP2' en de lichtring licht opnieuw blauw
op.
Plaats dezelfde vinger een tweede keer met zachte druk op de sensor
•
en verwijder deze pas wanneer de lichtring uitgaat en er 1 signaaltoon te
horen is.
•
De weergave schakelt over naar ‚STEP3' en de lichtring licht opnieuw blauw
op.
•
Neem de vinger van de sensor en plaats dezelfde vinger opnieuw met
zachte druk op de sensor tot op het display "GOOD" verschijnt, de lichtring
groen oplicht en er 2 signaaltoonen te horen is.
De fingerprint is geprogrammeerd.
Wanneer de melding 'FP-ERROR' op het display te zien is, er 3 korte signaalto-
nen te horen zijn en de lichtring rood oplicht, dan is het programmeringsproces
afgebroken.. Moet het hele proces worden herhaald. Dit gebeurt bijvoorbeeld
als de vinger te lang op de sensor ligt. Als u meer vingers wilt programmeren,
begint u de volledige procedure (vanaf programmeermodus) opnieuw.
Alle vingers wissen
•
Voer de cijfers "33" in en bevestig met ENTER.
•
Op het display verschijnt de weergave 'GOOD' . 2 korte signaaltonen zijn te
horen en de lichtring licht groen op.
Alle fingerprints zijn gewist.
Pure-Safe Elektronica E