Bediening van de CD-speler
Probleem
Oorzaak (en oplossing)
De CD-speler werkt niet.
Er is ingesteld op een andere funktie dan "CD". Druk op de CD funktietoets.
De disc-lade sluit niet.
De disc is verkeerd geplaatst.
De weergave begint niet.
A-13. (Zie blz. 63.)
De CD-speler staat in de pauzestand.
Er is vocht in de speler gekondenseerd. (Zie blz. 13.)
De "na d/ SC" aanduiding verschijnt.
Er is geen disc in de CD-speler geplaatst.
Bij afspelen wordt niet begonnen met het
eerste muziekstuk.
De "79" aanduiding verschijnt.
Algemeen
Probleem
Oorzaak (en oplossing)
Geen geluid.
Draai de volumeregelaar (VOLUME) naar rechts.
De hoofdtelefoon is aangesloten. Verbreek de aansluiting.
Geen geluid van één kanaal of een
ongebalanceerd links en rechts volume.
Kontroleer de aansluitingen op de luidspreker die niet werkt.
Geluid van links en rechts is verwisseld.
Kontroleer of de aansluitingen op de luidsprekers en de plaats van de luidsprekers.
Te weinig lage tonen of schijnbare
verkeerde plaatsing van de
muziekinstrumenten.
Kontroleer of de luidsprekers in fase zijn aangesloten.
Sterke brom of storing.
De toetsen werken niet.
Dit kan veroorzaakt zijn door een stroomstoring. Druk op de systeem-hersteltoets aan de
achterkant van de stereo-installatie.
a