(19) Helderheid
U kunt de helderheid van het scherm aanpassen in acht
stappen.
1. Gebruik de toets [ ∧ ] of [ ∨ ] om SYSTEEM te selecteren en
druk op de toets [ENTER].
2. Gebruik de toets [ ∧ ] of [ ∨ ] om Display Instelling te
selecteren en druk op de toets [ENTER].
3. Gebruik de toets [ ∧ ] of [ ∨ ] om Helderheid te selecteren
en druk op de toets [ENTER].
4. Gebruik de toets [ ∧ ] of [ ∨ ] om de helderheid te selecteren
en druk op de toets [ENTER].
• Als alternatief kunt u de volgende procedure gebruiken om
de helderheid van het scherm aan te passen.
1. Druk gelijktijdig op de toetsen [ ∧ ] en [ ∨ ] op het
motorinformatiescherm.
2. Gebruik de toets [ ∧ ] of [ ∨ ] om de helderheid te
selecteren en druk op de toets [ENTER].
Naar „De instellingen configureren" (p.8)
35