Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
GEBRUIKERSINSTRUCTIES
• Dit apparaat is ontwikkeld om geïntegreerd te worden in een structuur
speciaal voor draaipoorten. De motor is dusdanig geconstrueerd dat
het met schroeven binnenin metalen profielen gemonteerd kan worden.
• De as van het apparaat is geschikt voor transmissie beugels en
instelbare scharnierpunten. Het apparaat is zeer
kan zowel in het bovenste deel of in de poort ondersteuning kolom
geïntegreerd worden.
Notitie: indien u de motor in de ondersteuning kolom inbouwt dient
de beweging veroorzaakt door de voortstuwing eenheid naar de poort
door een ronsel of katrol worden overgebracht welke door een externe
behuizing beschermd wordt.
• De voortstuwing eenheid kan zowel in het bovenste als onderste deel
van de kolom gemonteerd worden door gebruik te maken van de motor
in beide draairichtingen.
• Wanneer de motor in de poort wordt gemonteerd moet de draai as
overeen komen met die van de poort scharnier.
Montage procedure
De eenheid mag zowel rechts of links van de doorgang worden geplaatst.
• Respecteer de volgende limieten:
- Maximale gewicht per poort is 200 kg;
- Maximale lengte van de poort is 2.0 m;
Met moet zich er van vergewissen dat het sluit systeem dat het systeem
voldoet aan de van kracht zijnde standaarden:
- Open en sluit richting met mechanische stops;
- Veiligheid marges;
- Juiste risico analyse bij mogelijke klem problemen etc.
Zie: www.cardin.it - installatie en verklaring gids -
HANDMATIG ONTGRENDELING
Een toegangsslot dient in de kolom te worden gebouwd voor
het ontgrendelings mechanisme.
TOEGANG TOT HET ONTGRENDELINGS SYSTEEM
ontgrendeling
zijde B
zijde A 90°
compact en
De motor is voorzien van een
inbussleutel voor handmatige
vrijgave.
De
motor
kan
vrijgegeven door de moer met
de klok mee te draaien tot
90°voor de A zijde en 90° naar
links voor de B zijde. Zorg er
voor het niet te forceren.
Handmatige
geactiveerd
door een
inbus nr. 5
(Allen 5)
zijde B 90°
20,5 mm
COLLEGAMENTO ELETTRICO
Belangrijke opmerkingen
• Nadat het apparaat geïnstalleerd is en voordat de besturingsunit
ingeschakeld wordt, moet gecontroleerd worden of de poort tijdens
het handmatig bewegen (met ontgrendelde motor) vloeiend beweegt en
er op geen enkel punt bijzondere weerstand ondervonden wordt.
• De aanwezigheid van de stroomsensor neemt niet weg dat het verplicht
is om fotocellen of andere veiligheidsvoorzieningen te installeren zoals
bepaald door de geldende veiligheidsvoorschriften.
• Alvorens de bedrading aan te sluiten moet gecontroleerd worden of de
spanning en de frequentie die op het typeplaatje is vermeld overeenkomt
met de netvoedingsspanning.
• De voedingskabel moet van rubber zijn en van het type 60245 IEC 57
(bijv. 3 x 1,5 mm
• De kabel mag alleen vervangen worden door vakbekwame technici.
• Tussen de besturingsunit en de netvoeding moet een meerpolige
onderbrekingsschakelaar met een contactafstand van minstens 3 mm
geïnstalleerd worden.
• Er mogen geen kabels met aluminium geleiders gebruikt worden; de
uiteinden van de kabels die op de aansluitklemmen aangesloten moeten
worden mogen niet gesoldeerd worden; er moeten kabels gebruikt
worden die gemarkeerd zijn met T min 85°C en die bestand zijn tegen
weersinvloeden.
• De geleiders moeten op passende wijze in de buurt van de aansluitklemmen
worden bevestigd zodat zowel de isolatie als de geleider stevig vastgezet
wordt.
HOOFDVOEDINGSAANSLUITING 230 Vac BESTURINGSUNIT
Sluit de draden die van de besturingsunit en van de veiligheidsvoorzieningen
afkomstig zijn aan.
• Leid de hoofdstroomvoorziening naar de
besturingsunit en sluit deze daarna aan op de reeds
met de primaire zijde van de transformator verbonden
2-weg aansluitplaat.
MOTOR/ENCODER AANSLUITING
worden
• Volg nauwgezet de volgorde op van de motor aansluitingen en de
programmer. De volgorde van de aansluitpunten 1 tot 6 is gelijk voor
beide.
VOORBEREIDEN VAN MOTORAANSLUITKABELS
• Knip de 6 aderige kabel op de gewenste lengte e.e.a. volgens de
installatie specificaties. De maximale lengte mag de 20 meter niet
overschrijden.
• Sluit de aansluitkabel van de motor 'M1' en de encoder '1' op de 6-weg
aansluitplaat '6' aan.
• Voer het einde van de kabel naar het klemmenbord op de motor via de
kabelklem "PC".
• Sluit de aders van de kabel aan de encoder door middel van de correcte
kleuren volgorde zoals aangegeven in afbeelden 14 en zet de kabelklem
"PC" stevig vast.
• Herhaal de procedure voor de tweede motor en tweede encoder.
Motor 1
1-2
Stroomvoorziening motor 1
3-4-5-6 Ingangen voor signalen encoder 1
Om de draai richting van de motor te veranderen
wissel de kabels 1 en 2 om.
Motor 2
Stroomvoorziening motor 2
1-2
3-4-5-6 Ingangen voor signalen encoder 2
Om de draai richting van de motor te veranderen
wissel de kabels 1 en 2 om.
Elektronische besturingsunit
Aanwijzingen voor het programmeren van de elektronische besturingsunit en
de werking op batterijen, vindt u in de handleiding MULTI-ECU SOFTWARE
ZVL608 die bij de aandrijving verstrekt wordt.
15
2
H05RN-F).
N
L
M1
1
PC
ENCODER 1
Bl Gr Gy Yw
2
3
4
5
6
Publicidad
