NL
BE
Probeer nooit de nog lopende
doorslipschijf uit de snede te
trekken, anders kan een terugs-
lag plaatsvinden. Stel de oorzaak
voor het inklemmen vast en los ze op.
d) Schakel het elektrische werktuig
niet opnieuw in zolang het zich
in het werkstuk bevindt. Laat de
doorslipschijf pas het volle toerental
bereiken, alvorens voorzichtig verder
te snijden. In het andere geval kan de
schijf vasthaken, uit het werkstuk sprin-
gen of een terugslag veroorzaken.
e) Ondersteun de platen of
werkstukken om het risico op
een terugslag door een geklem-
de doorslipschijf te reduceren.
Grote werkstukken kunnen onder
hun eigen gewicht doorbuigen. Het
werkstuk moet aan beide kanten van
de schijf worden ondersteund, en
met name zowel in de buurt van de
doorslipschijf als ook aan de rand.
f) Wees bijzonder voorzichtig bij
„zakinsnijdingen" in bestaande
wanden of andere niet zichtbare
gebieden. De ingebrachte doorslip-
schijf kan bij het snijden in gas- of water-
leidingen, elektrische leidingen of ande-
re objecten een terugslag veroorzaken.
Extra veiligheidsinstructies
voor werkzaamheden met
draadborstels
Bijzondere veiligheidsinstructies
voor werkzaamheden met draad-
borstels:
• Houd er rekening mee dat de
staaldraadborstel ook tijdens
het normale gebruik stukken
staaldraad verliest. Overbelast
de draden niet door een te hoge
82
contactdruk. Wegvliegende stukken
draad kunnen zeer gemakkelijk door
dunne kleding en/of de huid dringen.
• Wordt een beschermkap aan-
bevolen, vermijd dan, dat be-
schermkap en staaldraadborstel
met elkaar in aanraking kunnen
komen. Schijf- en potborstels kunnen
hun diameter door contactdruk en cen-
trifugale krachten vergroten.
Verdere
veiligheidsmaatregelen
• Gebruik alleen slijpschijven, waarvan
het opgedrukte toerental minstens even
hoog is als het toerental op het type-
plaatje van het apparaat.
• Voer een visuele inspectie uit op de sli-
jpschijf voor gebruik. Gebruik geen be-
schadigde of vervormde slijpschijven.
Vervang een versleten slijpschijf.
• Zorg ervoor dat de vonken die bij het
slijpen ontstaan geen risico inhouden,
bijv. personen raken of ontvlambare
stoffen doen ontvlammen.
• Draag bij het slijpen, borstelen en
doorsnijden steeds een veiligheidsbril,
beschermende handschoenen, een stof-
masker en gehoorbescherming.
• Houd de vingers nooit tussen de slijp-
schijf en vonkenvanger of in de buurt
van beschermkappen. Er bestaat het
risico op kneuzingen.
• De roterende delen van het apparaat
kunnen om functionele redenen niet
worden afgedekt. Ga daarom zorgvul-
dig te werk en houd het werkstuk goed
vast, zodat het niet wegglijdt en de
handen niet met de slijpschijf in aanra-
king kunnen komen.
• Het werkstuk wordt heet bij het slijpen.
Niet aan de bewerkte plaats aanraken,
laat het afkoelen. Er bestaat gevaar