3.3
Gebruikte symbolen
De volgende symbolen zijn van toepassing op uw rolstoel. Symbolen kunnen gevonden worden
in de relevante ISO standaard (ISO 7000, ISO 7001 en IEC 417)
3.4
Transport
WAARSCHUWING
Gebruik de rolstoel NIET als zit in een voertuig, zie het symbool.
Gebruik nooit dezelfde veiligheidsriem voor de passagier en rolstoel/toiletstoel.
1. Als gebruiker stapt u over naar een autozit, zie §4.4.
2. Bewaar de rolstoel in het bagagecompartiment of achter de passagiersstoel. Als de bagage-
en passagierscompartimenten NIET van elkaar gescheiden zijn, bevestig dan het frame van
de rolstoel stevig aan het voertuig. U kan hierbij een beschikbare veiligheidsgordel gebruiken.
Gebruik nooit dezelfde veiligheidsriem voor de passagier en rolstoel.
3.5
Opslag
Zorg ervoor dat uw rolstoel droog wordt bewaard om schimmel of schade aan de bekleding
te voorkomen, zie hoofdstuk 7.
Maximum gewicht van de gebruiker in kg
Gebruik voor binnen en buiten
Maximale veilige helling in ° (graden)
Niet geschikt om te gebruiken als zit in een motorvoertuig
Type aanduiding
Risico voor knellen
Gevaar voor letsel
5
9300, 9301, 9302, 9303
2019-11
Voor gebruik
NL