• In het geval van een storing of een defect in het apparaat
moet de gaskraan worden dichtgedraaid en/of moet de ho-
ofdschakelaar van de elektrische voeding, die bovenstrooms
van het apparaat geplaatst is, worden uitgeschakeld.
• Voer de reiniging uit volgens de instructies in het hoofdstuk
"INSTRUCTIES VOOR DE REINIGING".
• Houd geen ontvlambare materialen in de buurt van het appa-
raat. BRANDGEVAAR.
• De kinderen zouden moeten worden gecontroleerd om ervo-
or te zorgen dat zij niet met het toestel spelen.
• Dit toestel is niet voorgenomen voor gebruik door personen
(met inbegrip van kinderen) met verminderde fysieke, sen-
sorische of geestelijke mogelijkheden, of onervarenheid en
kennis, tenzij zij supervisie of instructie betreffende gebruik
van het toestel door een persoon verantwoordelijk voor hun
veiligheid zijn gegeven.
• Dek de luchtinlaat- en uitlaatopeningen van het apparaat niet
af.
• Maak de onderdelen van het apparaat niet onklaar.
• Maak de oppervlakken schoon met geen ontvlambare ma-
terialen.
12 GEBRUIK VAN DE FRITEUSE
AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK
• Het apparaat is bestemd voor het frituren van voedsel in olie
of in hard vet.
• Doe geen omvangrijk voedsel, of voedsel dat niet uitgedro-
pen is, in het apparaat, aangezien dit hete oliespatten en
overlopen van de olie uit de bak tot gevolg kan hebben.
• Vul de hoeveelheid olie telkens aan wanneer deze onder het
minimumniveau daalt dat wordt aangegeven door het refe-
rentieteken (brandgevaar). Verzeker u ervan dat er geen wa-
ter in de bak zit, voordat u er olie in giet.
• Giet olie in de bak tot aan het maximumniveau dat wordt aan-
gegeven door het referentieteken op de achterwand/zijkant
van de bak.
• Als er hard vet wordt gebruikt, moet dit eerst worden gesmol-
ten voordat het in de bak mag worden gegoten. Laat na de
bereiding geen vet in de bak achter.
• Dompel de korf met het te frituren voedsel voorzichtig onder
in de kokende olie, en let erop dat het schuim dat ontstaat
niet overloopt uit de bak. Gebeurt dit toch, dan moet de korf
enkele seconden uit de olie worden gehaald.
• Schakel de verwarming niet in als er geen olie in de bak is.
• Wanneer de verhitting geactiveerd is, moet het olieniveau in
de bak minstens op het minimumniveau staan dat wordt aan-
gegeven op de achterwand van de bak.
• Het apparaat is voorzien van een handmatig terug te stellen
veiligheidsthermostaat die de verwarming uitschakelt wan-
neer de bedrijfstemperatuur boven de maximaal toegestane
temperatuur stijgt.
VULLEN EN LEGEN VAN DE BAK
Vullen
• Sluit de aftapkraan van de bak (knop beneden op de voor-
kant).
• Giet de olie of doe de blokken vet in de bak en vul deze min-
stens tot het merkteken van het minimumniveau.
Legen
• Zet de branders uit.
• Wacht tot de olie koud is.
• Open de aftapkraan van de bak (knop beneden op de voor-
kant).
48
12.1
GASFRITEUSES
De bedieningsknop van de gasklep kan in de volgende stan-
den worden gebruikt:
Uit
Ontsteking waakvlam
1...6 Tussenliggende bereidingstemperaturen
7 Hoogste bereidingstemperatuur
ONTSTEKEN EN UITZETTEN VAN DE BRANDERS
Ontsteking waakvlam
Druk de knop in en draai hem in de stand "
helemaal in en ontsteek de waakvlam met
drukknop van de piëzo-elektrische ontsteker.
• Houd de knop ongeveer 20 seconden ingedrukt, en laat hem
dan los. Als de waakvlam uitgaat, moet de handeling worden
herhaald.
• De waakvlam is te zien als het deurtje open is.
• De waakvlam kan worden aangestoken door er een vlam bij
te houden.
Ontsteking van de hoofdbrander
• Draai de knop op de stand van de gewenste bereidingstem-
peratuur.
Uitzetten
Draai de knop in de stand "
zetten.
Om de waakvlambrander uit te zetten, druk de knop in en draai
hem in de stand "
".
12.2
ELEKTRISCHE FRITEUSES
De bedieningsknop van de thermostaat kan in de volgende
standen worden gebruikt:
0 Uit
90 Hoogste bereidingstemperatuur
120-150 Tussenliggende temperaturen
180 Hoogste bereidingstemperatuur
Aanzetten
• Draai de thermostaatknop op de stand van de gewenste be-
reidingstemperatuur.
• Het gele controlelampje gaat branden.
• Als het gele controlelampje uitgaat, is de ingestelde tempe-
ratuur bereikt.
Uitzetten
• Draai de thermostaatknop in de stand " 0 ".
• Het gele controlelampje gaat uit.
13 PERIODES WAARIN HET APPARAAT NIET WORDT
GEBRUIKT
Doe het volgende als het apparaat een tijd niet zal worden ge-
bruikt:
• Maak het apparaat grondig schoon.
". Druk de knop
behulp van de
" om de hoofdbrander uit te