3.3 In- en uitschakelen van de flitser
• Schakel de flitser via de starttoets
Het opstartscherm verschijnt.
De flitser schakelt daarna altijd in met de
het laatste gebruikte functie (bijv. flitsen
met handinstelling M).
In de standby-functie knippert de toets
MB 64AF-1
rood. Om dit uit te schakelen moet u zo lang
digital
op de toets
PEN
dingen zijn verdwenen.
V 1.0
Als u denkt, dat u de flitser gedurende lange-
re tijd niet gaat gebruiken, bevelen wij aan
om de flitser met de toets
x
kelen en de stroombronnen eruit te nemen.
3.4 Het keuzemenu
• Druk zo vaak op de toets
keuzemenu verschijnt.
Het keuzemenu is in 4 sensortoetsen onder-
MODE
verdeeld:
O
MODE
Na drukken op de toets
volgende functies worden ingesteld.
PTTL
P-TTL, zie 7.1
PTTLHSS
P-TTL HSS*, zie 7.4
A, zie 7.5
A
M, zie 7.3
M
STROBO, zie 7.6
STROBO
SPOTBEAM, zie. 7.4
SPOTBEAM
REMOTE MASTER, zie 10.1
REMOTE MASTER
REMOTE CONTROL, Kap. 10.2
REMOTE SLAVE, zie 10.2
REMOTE CONTROL
SERVO, zie 10.4
REMOTE SLAVE
*) alleen na uitwisseling van gegevens met een camera
SERVO
114
in.
D
drukken tot alle aandui-
auit te scha-
D
, dat het
MODE
kunnen de
Na drukken op de toets
PARAMETER
flitsparameters worden ingesteld.
P (deelenergie),
PARAMETER O
zie 7.3, 10.1.5 en 10.5.3
EV (correctie op de flitsbelichting),
P / EV
zie 8, 10.1.3, 10.1.4.2
ZOOM
ZOOM (reflectorstand), zie 9.1
N
N (Aantal flitsen), Kap. 7.6
f (Hz)
f (Flitsfrequentie), Kap. 7.6
F (diafragma)
F
ISO (lichtgevoeligheid),
ISO
CHANNEL (Kanal), zie 10.1.6 , 10.2.2
CHANNEL
De weergave van de flitsparameters is afhan-
kelijk van de gekozen flitsfunctie.
Na drukken op de toets
SERVICE
raakscherm worden geconfigureerd, of kan
de flitser in zijn toestand als bij de aflevering
SERVICE O
worden teruggezet (gereset).
BRIGHTNESS (helderheid), zie 15.1
BRIGHTNESS
ROTATION (beeldschermweergave zwenken),
zie 15.2
ROTATION
RESET, zie 16.3
RESET
PARAMETER
kunnen de
SERVICE
kan het aan-