30 s ON, 240 s OFF).
5.1.13 Afmetingen van het apparaat: L x B x H = 220 x 57 x 35 mm
Gewicht: 200 gram
5.1.14 De veiligheidsmeetleidingen met contactpunten zijn in overeenstemming
met de nominale spanning van de BENNING CM 1-4. De contactpunten
kunnen worden voorzien van een bescherming. Tijdens het transport en
bij metingen kunnen ze ook worden vastgeklikt aan de onderzijde van
het toestel.
5.1.15 Opening van de stroomtang: 16 mm
6.
Gebruiksomstandigheden
-
De BENNING CM 1-4 is bedoeld om gebruikt te worden voor metingen in
droge ruimtes
-
Barometrische hoogte bij metingen: 2000 m. maximaal
-
Categorie van overbelasting/installatie IEC 60664/ IEC 61010 → 600 V cate-
gorie IV; 1000 V categorie III,
-
Beschermingsgraad stofindringing: 2
-
Beschermingsgraad: IP 65 (DIN VDE 0470-1 IEC/EN 60529)
6 - eerste kengetal: Bescherming tegen toegang tot gevaarlijke onderdelen
en bescherming tegen vaste vreemde voorwerpen, stofdicht
5 - tweede kengetal: Beschermd tegen straalwater. Ook te gebruiken bij
neerslag.
-
Werktemperatuur en relatieve vochtigheid:
Bij een omgevingstemperatuur van - 15 °C tot 30 °C: relatieve vochtigheid
van de lucht < 80 %.
Bij een omgevingstemperatuur van 31 °C tot 40 °C: relatieve vochtigheid van
de lucht < 75 %.
Bij een omgevingstemperatuur van 41 °C tot 55 °C: relatieve vochtigheid van
de lucht < 45 %.
-
Opslagtemperatuur: de BENNING CM 1-4 kan worden opgeslagen bij tem-
peraturen van -20 °C tot +60 °C met een relatieve vochtigheid van de lucht
< 80 %. Daarbij dient wel de batterij verwijderd te worden.
7.
Elektrische gegevens.
Opmerking: De nauwkeurigheid van de meting wordt aangegeven als som van:
-
een relatief deel van de meetwaarde
-
een aantal digits.
Deze nauwkeurigheid geldt bij temperaturen van 23 °C tot ± 5 °C bij een relatieve
vochtigheid van de lucht < 80 %.
De meetwaarde wordt als echte effectieve meetwaarde (True RMS, AC-koppe-
ling) gemeten en aangeduid. Bij niet sinusvormige curvevormen wordt de aan-
duidingswaarde minder nauwkeurig. Zo bestaat voor de volgende Crest-factoren
een extra foutmarge:
Crest-factor van 1,0 tot 2,0 extra foutmarge + 1,0 %
Crest-factor van 2,0 tot 2,5 extra foutmarge + 2,5 %
Crest-factor van 2,5 tot 3,0 extra foutmarge + 4,0 %
Maximale Crest-factor:
Crest-factor 3 @ 5000 Digit
Crest-factor 1,5 @ 9999 Digit
7.1 Meetbereik voor wisselspanning
Beveiliging tegen overbelasting: 1000 V
Functie
met batterijen
zonder batterijen
De ingangsweerstand bij een spanningsmeting is afhankelijk van de geleverde
spanning: ca. 20 kΩ bij 50 V - ca. 305 kΩ bij 1000 V
U > 300 V: tON: 30 s, tOFF: 240 s
Bij frequenties hoger dan 65 Hz ligt het laagste meetbereik bij 8 V
*1
Geldig voor temperaturen < 35 °C ... > - 15 °C
*2
02/ 2020
Meetbereik
6,0 V - 999,9 V
*1
45,0 V - 999,9 V
*2
BENNING CM 1–4
AC/DC
Resolutie
0,1 V
0,1 V
Nauwkeurigheid v.d. meting
bij 45 Hz < f < 400 Hz
± (1,5 % meetwaarde + 7 digit)
85